College 7 Flashcards

1
Q

Wat is het verschil tussen Subliminale priming en Supraliminale priming ?

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

In hoeverre gebruiken oncologen impliciete sturing en welke 4 categorieen horen erbij.

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Ongebalanceerde presentatie van voor- en nadelen van opties:

A

Dit kan betekenen dat de arts meer nadruk legt op de voordelen van een bepaalde behandelingsoptie en de nadelen bagatelliseert, of vice versa.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Behandeladviezen presenteren als geautoriseerde beslissingen:

A

Hier zou de arts kunnen suggereren dat een bepaalde behandelingsoptie de “standaard” of de “beste” keuze is, ook al zijn er andere geldige opties.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

De illusie van de controle hebben over de behandelkeuze:

A

In dit geval kan de arts de patiënt laten geloven dat zij volledige controle hebben over hun behandelkeuze, terwijl de arts tegelijkertijd hun besluitvorming stuurt in een bepaalde richting.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Overtuigen van behandelkeuze via klinische ervaring:

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly