Constipatie Flashcards

1
Q

Ani fissura

A

Anuskloofje

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Fecale impactie

A

De ontlasting is zo dik en hard geworden, dat het er niet meer spontaan uit kan via de anus.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Darmobstructie en ileus

A

Voedsel kan het lichaam dan niet als ontlasting verlaten. Hierdoor kunnen ernstige klachten en een levensgevaarlijke situatie ontstaan. Een darmobstructie kan zowel in de dunne als in de dikke darm optreden. Als er sprake is van een volledige darmafsluiting heet dat een ileus.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Paradoxale diarree of overloopdiarree.

A

Door rotting of gisting van de feces hoger in het colon ontstaat een semivloeibare oplossing, die langs de vastzittende ontlasting in het lagergelegen deel van de dikke darm sijpelt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Diverticulose

A

Zakvormige uitstulpingen op de darm. Ze bevinden zich voornamelijk op het uiteinde van de dikke darm en zijn goedaardig. Diverticulitis treedt op wanneer divertikels ontstoken of geïnfecteerd raken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Delirium

A

Een delirium is een plotseling optredende verwardheid. Deze verwardheid is tijdelijk en komt meestal door een lichamelijke ziekte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hemorroïden.

A

Aambeien. Dit zijn uitgezette aders van het vaatsysteem gelokaliseerd rond het rectum.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

klysma’s

A

Darmspoelingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Gastrocolische reflex

A

Deze reflex treedt op na het ontwaken, na voedselinname en na beweging. De reflex zorgt ervoor dat er een verplaatsing plaatsvindt van de feces richting het rectum

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

coprostase

A

Ophopen van ontlasting; pijnlijke of harde ontlasting; grote hoeveelheid fecale massa in abdomen of rectum

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Fecale incomtinentie

A

Ontlastingsincontinentie betekent dat dat u geen controle heeft over uw ontlasting.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

idiopatische constipatie

A

primaire constipatie. Geen aanduidbare reden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

volume vergrotende laxantia

A

houden water vast en zwellen op, darminhoud neemt toe en PH verlaagd. Aanbevolen 2 glazen water per inname. Psyilium vezels!!!

Eerste keuze volwassenen is psyllium en dan macrogolpreparaat

Kunnen opgeblazen gevoel, krampen, flatulentie en misselijkheid geven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Osmotisch werkende

A

trekken osmotisch vocht naar darmen. Feces worden zachter. Magnesiumoxide!! 2de keuze voor volwassen: lactulose

Bij chronisch gebruik verstoring in water en elektrolytenbalans + bij Mg zouten kans op nierproblemen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

contact laxtantia

A

bevorderen peristaltiek door chemisch prikkelen darmwand + verminderen water en zout resorptie + verhogen uitscheiding ervan.
chronisch gebruik zorgt voor waterige diarree met teveel verlies van water en zouten en beschadigd zenuwen darm. Er treed tolerantie op

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

contact laxtantia

A

bevorderen peristaltiek door chemisch prikkelen darmwand + verminderen water en zout resorptie + verhogen uitscheiding ervan.
chronisch gebruik zorgt voor waterige diarree met teveel verlies van water en zouten en beschadigd zenuwen darm. Er treed tolerantie op

16
Q

emollienta

A

verhogen watergehalte in feces door opp verlagende eigenschappen
chronisch gebruik zorgt voor waterige diarree met teveel verlies van water en zouten en beschadigd zenuwen darm. Er treed tolerantie op

17
Q

Glijmiddelen

A

vullen functie van darmslijm aan en verbeteren transport + wekere feces