D2: En Route 2 Flashcards
1
Q
een doos
A
un caisson
2
Q
een zetel
A
un canapé
3
Q
een ontspanningshoek
A
un coin détente
4
Q
een schikking
A
une disposition
5
Q
een dressing
A
un dressing
6
Q
een staanlamp
A
un lampadaire
7
Q
een bolle lamp
A
une lampe boule
8
Q
een hoogslaper
A
un lit mezzanine
9
Q
een meubelstuk
A
un meuble
10
Q
een prikbord
A
un pêlemêle
11
Q
het opruimen / de bergruimte
A
le rangement
12
Q
een sticker
A
un sticker
13
Q
wit
A
blanc / blanche
14
Q
licht, helder
A
clair(e)
15
Q
comfortabel
A
confortable
16
Q
verschillend
A
destinct(e)
17
Q
donker
A
foncé(e)
18
Q
metaalgrijs
A
gris métallisé
19
Q
kastanjebruin
A
marron
20
Q
oranje
A
orange
21
Q
boven elkaar
A
superposé(e)
22
Q
ontvangen
A
accueiller
23
Q
verbeteren
A
améliorer
24
Q
aanbrengen
A
appliquer
25
creëren
créer
26
decoreren
décorer
27
wegnemen
enlever
28
bewaren
garder
29
opnemen
intégrer
30
schilderen
peindre
31
plaatsen
placer
32
voorzien
prévoir
33
opruimen
ranger
34
herinrichten
réaménager
35
opzoeken
rechercher
36
vervangen
remplacer
37
herschilderen
repeindre
38
scheiden
séparer
39
wensen
souhaiter
40
een schildering aanbrengen, taggen
taguer
41
omvormen
transformer
