DEEL 3: Methodisch werken op samenlevingsniveau Flashcards

(34 cards)

1
Q

Wat zijn de 3 fasen van sociale actie

A

Inleidende fase: Het probleem wordt geanalyseerd en gedefinieerd. De resultaten worden voorgelegd aan verantwoordelijke instanties en personen voor een reactie. Mogelijk wordt het probleem hiermee opgelost.

Tweede fase: Er wordt een maatschappelijk draagvlak gecreëerd door informatie breed te verspreiden over de sociale kwestie. Verantwoordelijken krijgen opnieuw de kans om het probleem op te lossen.

Derde fase: Als het probleem nog steeds niet is opgelost, wordt de initiatiefgroep verbreed en worden sociale acties uitgevoerd met zoveel mogelijk sympathisanten en betrokkenen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoe kan een sociale actie vorm krijgen?

A

Acties kunnen sterk variëren, bijvoorbeeld:
- inschakelen van de media
- verstoren van de openbare vergaderingen
- stakingen en demonstraties.

De actie kan leiden tot verandering waarop consolidatie en evaluatie volgt. Als een en ander nog niet naar tevredenheid opgelost is, kan de cyclus opnieuw beginnen.

Bv: Met deze campagne wordt er actie gevoerd tegen de vermarkting en de commercialisering van het sociaal werk: In Antwerpen wil het stadsbestuur de sociale projecten aanbieden onder de vorm van tenders, opdrachten waarop elke aanbieder kan intekenen. Het sociaal werk komt daardoor in het gedrang. SWAN organiseerde tal van protestacties aan de Grote Markt en het Mechelseplein, aan de OCMW-raad.
Het neoliberale beleid viert dezer dagen hoogtij. Alles wordt vermarkt … ook de hulpverlening en het sociaal werk worden geveild op de markt. Sociale organisaties moeten de dag van vandaag zich organiseren als bedrijven, fabrieken, ondernemingen die een marktaandeel moeten kunnen garanderen. Ze worden met elkaar in concurrentie gebracht en nieuwe commerciële aanbieders dienen zich aan.
Om ons standpunt kracht bij te zetten, organiseerden sociaal werkers tal van geslaagde acties tegen de vermarkting van het sociaal werk in oa. Antwerpen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is projectmatig werken?

A

Projectmatig werken is een methodiek die vaak wordt gebruikt in samenlevingsopbouw om specifieke doelen te bereiken. Het is geen doel op zich, maar een techniek om verandering te bewerkstelligen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

De belangrijkste elementen van projectmatig werken zijn:

A
  1. Vertrekpunt: De wens tot sociale verandering, waarbij een kloof overbrugd wordt tussen de huidige situatie (AS IS) en de gewenste situatie (TO BE).
  2. Stapsgewijze aanpak: Er worden stappen gezet om naar de gewenste situatie toe te werken.
  3. Actieve betrokkenheid: De doelgroep wordt actief betrokken van het ontwerp tot de uitvoering van het project (A tot Z).
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Kenmerken van projectmatig werken in samenlevingsopbouw:

A

Planmatige aanpak: Opbouwwerkers gebruiken een projectmatige werkwijze om maatschappelijke problemen systematisch en planmatig aan te pakken.

Projectmodel op maat: Het projectmodel is specifiek ontwikkeld voor opbouwwerk.

Technisch instrument: Het dient als een technisch hulpmiddel om problemen systematisch en planmatig op te lossen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is een project?

A

Een project is een planmatig opgezet en samenhangend geheel van activiteiten om een concreet maatschappelijk probleem op te lossen, met duidelijke omschrijvingen van:

  • Problematiek: Wat is het probleem?
  • Doelgroep: Voor wie is het project bedoeld?
  • Territorium: Waar vindt het project plaats?
  • Concrete doelstellingen: Wat willen we bereiken?
  • Afgebakend in tijd en ruimte: Het project heeft een duidelijk begin en eind, en een specifieke locatie.
  • Betrokkenheid van de doelgroep: Een project wordt opgezet en uitgevoerd met de actieve betrokkenheid van de doelgroep, van begin tot eind.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat zijn de 7 kenmerken van projectmatig werken?

A
  1. Probleem en situatiegericht
  2. Doelgroepgericht
  3. Doelgericht
  4. Strategisch-methodisch
  5. Planmatig
  6. Tijdelijk
  7. Uitvoerbaar

Deze zeven kenmerken helpen bij het systematisch en effectief aanpakken van sociale problemen doormiddel van projectmatig werken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Leg de kenmerken van projectmatig werken uit: 1. Probleem- en situatiegericht

A

Voorbeeld: Fietsvriendelijke trajecten voor lagere schoolkinderen in plaats van algemene verkeersveiligheid in de gemeente.

Toelichting: Richt je op specifieke aspecten van sociale problemen door een omgevingsanalyse. Bied oplossingen op maat die ook inspirerend kunnen zijn voor andere locaties.

Toepassing Torekes: Specifieke problemen aanpakken binnen de buurt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Leg de kenmerken van projectmatig werken uit: 2. Doelgroepgericht

A

Voorbeeld: Lagere schoolkinderen als segment binnen de bredere doelgroep van zwakke weggebruikers.

Toelichting: Voer een doelgroepanalyse uit om de behoeften van specifieke groepen te begrijpen en richt je project daarop

Toepassing Torekes: Betrek de doelgroep actief bij alle fasen van het project.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Leg de kenmerken van projectmatig werken uit: 3. Doelgericht

A

Voorbeeld: Herinrichting van fietstrajecten (oplossingsgericht) en verkeerslessen (educatief).

Toelichting: Stel strategische doelen op beleidsniveau en werkdoelen op projectniveau. Soorten doelen kunnen zowel oplossingsgericht als educatief zijn.

Toepassing Torekes: Verbetering van buurtzorg, burenzorg en milieuzorg, evenals bevordering van lokale duurzame consumptie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Leg de kenmerken van projectmatig werken uit: 4. Strategisch-methodisch

A

Voorbeeld: Analyseer factoren die de herinrichting van fietstrajecten helpen of hinderen, bepaal wie meewerkt of tegenwerkt.

Toelichting: Voer een omgevingsanalyse uit, bepaal een strategie, en identificeer interne en externe actoren die het project beïnvloeden.

Toepassing Torekes: Activering, participatie en ondersteuning van de doelgroep; samenwerking met externe organisaties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Leg de kenmerken van projectmatig werken uit: 5. Planmatig

A

Voorbeeld: Een stappenplan voor de herinrichting van fietstrajecten met jaarlijkse en langetermijnplanning.

Toelichting: Werk met een logisch stappenplan in plaats van losse activiteiten. Stel realistische doelen en pas waar nodig aan.

Toepassing Torekes: Procesdoelen en jaarplanning; verbetering van communicatie, ondersteuning van nieuwe initiatieven zoals Eetcafé Toreke en de Sociale kruidenier.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Leg de kenmerken van projectmatig werken uit: 6. Tijdelijk

A

Voorbeeld: Proefproject voor fietsvriendelijke trajecten in twee fasen.

Toelichting: Het project heeft een bepaalde duur en loopt in fasen met specifieke tijdsbestekken.

Toepassing Torekes: Proefprojecten met een afgebakende periode.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Leg de kenmerken van projectmatig werken uit: 7. Uitvoerbaar

A

Voorbeeld: Samenwerking met lokale overheden en scholen voor de fietstrajecten.

Toelichting: Houd rekening met samenwerking, draagkracht van de doelgroep, en beheersaspecten zoals tijd, geld, middelen, organisatie, informatie en kwaliteit.

Toepassing Torekes: Afhankelijk van samenwerking met oplossingsinstanties, draagkracht van de doelgroep, en beheersaspecten zoals tijd, geld en middelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat zijn de 4 fasen bij projectmatig werken?

A
  1. Projectvoorbereiding
  2. Projectplanning
  3. Projectrealisatie
  4. Projectopvolging
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Leg de 4 fasen bij projectmatig werken met de onderverdeling uit: 1. Projectvoorbereiding

A

Initiatief en oriëntatie:
- Initiatief: Het ontstaan van een idee of signaal vanuit een onwenselijke situatie of sociaal probleem, mogelijk voortkomend uit betrokkenheid van de doelgroep.
- Oriëntatie: Onderzoek naar de mogelijkheden om met het probleem aan de slag te gaan.

Probleemvaststelling (PSP-analyse):
- Probleem-analyse: Onderzoek hoe verschillende betrokkenen het probleem ervaren, om de kern van het probleem te begrijpen.
- Situatie-analyse: Analyse van de bredere context waarin het probleem zich voordoet, inclusief maatschappelijke trends, beleid en andere relevante factoren.
- Positie-analyse: Analyse van de positie van de doelgroep in de samenleving, inclusief rechten, kansen en belemmeringen.

Toetsing aan projectvereisten:
Beoordeling van de haalbaarheid van het project aan de hand van vastgestelde criteria.

17
Q

Leg de 4 fasen bij projectmatig werken met de onderverdeling uit: 2. Projectplanning

A
  1. Doel bepalen: Formulering van concrete, meetbare doelstellingen die het project wil bereiken.
  2. Strategie bepalen: Uitstippelen van de aanpak om de doelstellingen te realiseren, inclusief de te volgen strategieën.
  3. Fasering: Opsplitsen van het project in logische stappen en bepalen van de volgorde en planning van activiteiten en mijlpalen.
18
Q

Leg de 4 fasen bij projectmatig werken met de onderverdeling uit: 3. Projectrealisatie

A
  1. Programmering: Concreet plannen van de uitvoering van de activiteiten, vaak vastgelegd in een draaiboek.
  2. Uitvoering: Daadwerkelijk uitvoeren van de geplande activiteiten volgens de vastgestelde planning.
  3. Evaluatie: Continue evaluatie van de voortgang en resultaten tijdens en na de uitvoering, om waar nodig aanpassingen te maken en te controleren of het project op schema ligt.
19
Q

Leg de 4 fasen bij projectmatig werken met de onderverdeling uit: 4. Projectopvolging

A
  1. Nazorg: Zorgen voor een goede afronding van het project, inclusief overdracht van resultaten en nazorgactiviteiten.
  2. Verzelfstandiging: Streven naar duurzame effecten van het project, zoals het opzetten van blijvende samenwerkingen en structuren.
20
Q

Wat houdt “participatief werken” in?

A
  • Betrekken van burgers/doelgroepen
  • Besluitvormingsprocessen
  • Bewuste keuze
  • Geen schijnparticipatie
  • Overwegingen
21
Q

De 5 kenmerken van “participatief werken”: Betrekken van burgers/doelgroepen:

A

Participatief werken houdt in dat burgers en doelgroepen actief worden betrokken bij opbouwwerkprojecten. Dit betekent niet alleen informeren of consulteren, maar echt samenwerken en gezamenlijk beslissingen nemen over projecten die hun gemeenschappen beïnvloeden.

22
Q

De 5 kenmerken van “participatief werken”: Besluitvormingsprocessen:

A

Het streven is om participatie een rechtmatige en kwalitatieve plek te geven in besluitvormingsprocessen van het beleid. Dit betekent dat participatie niet alleen symbolisch is, maar daadwerkelijk invloed heeft op de besluitvorming en beleidsimplementatie.

23
Q

De 5 kenmerken van “participatief werken”: Bewuste keuze:

A

Participatief werken is meer dan een slogan; het is een bewuste keuze die tijd en prioriteit vereist binnen de hele organisatie. Het gaat erom participatie te integreren inde kern van de werkwijze en cultuur van de organisatie.

24
Q

De 5 kenmerken van “participatief werken”: Geen schijnparticipatie:

A

Het vermijden van schijnparticipatie is cruciaal. Dit betekent dat participatie niet alleen voor de vorm gebeurt, maar dat er daadwerkelijk naar gestreefd wordt om de stemmen en perspectieven van alle betrokkenen serieus te nemen en te integreren in de besluitvorming.

25
De 5 kenmerken van “participatief werken”: Overwegingen:
Bij participatief werken zijn er verschillende overwegingen: - Welke plaats krijgt participatie in onze projecten en interne structuren? - Welke groepen en individuen worden betrokken bij de participatieprocessen? - Wat zijn de mogelijke gevolgen van onze keuzes met betrekking tot participatie voor onze planning en ons organisatiebeleid? - Hoe communiceren we onze betrokkenheid bij participatie naar de buitenwereld toe?
26
Wat houdt “empowerend werken” in?
Empowerend werken in sociaal werk betekent mensen versterken door hen te ondersteunen, te geloven in hun capaciteiten, en hen aan te moedigen zelf beslissingen te nemen en actie te ondernemen voor verbetering van hun situatie. Het gaat om een positieve en ondersteunende houding van sociaal werkers, die niet alleen actie ondernemen maar ook anderen stimuleren om zelfredzaamheid en controle over hun leven te vergroten.
27
Wat zijn de 5 kenmerken van “empowerend werken”?
- Betrokkenheid - Gelijkwaardigheid - Openheid voor het anders-zijn - Authenticiteit - Respect
28
De 5 kenmerken van “empowerend werken”: Betrokkenheid
Actief betrokken zijn bij de doelgroep door empathisch te luisteren naar hun verhalen en problemen. Bijvoorbeeld, een sociaal werker die regelmatig bijeenkomsten organiseert waar mensen vrijuit kunnen praten over hun uitdagingen en successen
29
De 5 kenmerken van “empowerend werken”: Gelijkwaardigheid
Het zien van de doelgroep als gelijkwaardige partners. Bijvoorbeeld, in plaats van de term "doelgroep" te gebruiken, spreken sociaal werkers liever over "samenwerkers" of "medewerkers" in een project, waarbij ieders inbreng essentieel is.
30
De 5 kenmerken van “empowerend werken”: Openheid voor het anders-zijn
Het erkennen en respecteren van diversiteit in achtergronden en perspectieven. Bijvoorbeeld, een sociaal werker die zich bewust is van culturele verschillen en open staat voor verschillende manieren van denken en handelen binnen de gemeenschap.
31
De 5 kenmerken van “empowerend werken”: Authenticiteit
Oprecht en consistent zijn in interacties. Bijvoorbeeld, een sociaal werker die transparant is over zijn/haar rol en grenzen, en die eerlijk communiceert over verwachtingen en mogelijkheden.
32
De 5 kenmerken van “empowerend werken”: Respect
Erkenning en waardering tonen voor de capaciteiten en autonomie van individuen. Bijvoorbeeld, een sociaal werker die regelmatig kleine gebaren van waardering toont, zoals bedankkaartjes of complimenten, om de inzet van mensen te erkennen.
33
De student kan de 7 kenmerken van projectmatig werken filteren uit een casus.
34
De student herkent vanuit een voorbeeld/casus de fasen bij het projectmatig handelen.