H1 deel 1 Flashcards

Deel 1 (10 cards)

1
Q

CRISPR

A

is een knip- en plaktechniek die gebruikt wordt om nuttig DNA in te brengen in origineel DNA.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoe werkt CRISPR?

A

Stap 1: Je knipt gen A weg en isoleert gen B.
Stap 2: Je camoufleert de uiteinden van gen B zodat het DNA ze herkent alsof het Gen A is.
Stap 3: We plaatsen gen B op de plaats van gen A.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Genotype

A

is de genetische informatie zoals ze in de chromosomen te vinden is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Fenotype

A

Is het geheel van waarneembare kenmerken van een individu.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Nature (DNA)

A

eigenschappen zijn bepaald door genetische code.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Nurture (omgeving)

A

eigenschappen zijn bepaald door de omgeving.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Mutaties of genotypische veranderingen

A

zijn onomkeerbare wijzigingen in het DNA.
- erfelijke mutaties
- andere mutaties onder invloed van specifieke omgevingsfactoren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Modificaties of fenotypische veranderingen

A

zijn omkeerbare wijzigingen van het fenotype onder invloed van de omgeving.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Omgevingsfactoren

A

kunnen genotypische maar ook fenotypische veranderingen veroorzaken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Biotechnologie

A

is de studie en het gebruik van levende organismen om hun DNA aan te passen voor specifieke toepassingen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly