Hoofdstuk 16 Flashcards
(121 cards)
functie van microcirculatie
transport van voedingsmiddelen in de weefsels en het verwijderen van cel afval
de kleine artioles beheren
bloedtoevoer naar elk weefsel
wat beheerst de diameter van lokale artiolen?
de condities in de omgeving
wanden van capillairen bestaan uit, en hierdoor
bestaan uit een dunne (enkele) laag endotheel cellen wat erg permeabel is. Hierdoor kan er gemakkelijk diffussie plaatsvinden
Aantal capillairen in het lichaam en totaal oppervlakte ervan
10 miljard, met een oppervlakte tussen de 500 en 700 vierkante meter.
microcirculatie per orgaan is aangepast op
de functie van het orgaan/weefsel
algemene vertak structuur slagader - capilair
een slagader vertakt 6 tot 8 keer (diameter 10 tot 15 micrometer) voordat ze artiolen genoemd kunnen worden. Deze artiolen vertakken op hun beurt 2 tot 5 keer (diameter 5 tot 9 diameter) om bloed af te geven aan capillairen.
een arteriole is meestal erg
musculair
metarterioles
de terminale artiolen; loopt tussen artiole en venule
verschil metarteriolen en artiole
artiole heeft overal spieren, metaarteriolen niet. Deze heeft gladde spiercellen om ze zoveel mm.
arterioveneuze bypass
connectie (zonder spierweefsel) tussen arteriole en venule
Capillairen ontstaan uit
metartiole
precapillaire sphincter
een gladde spiervezel die om het begin en eind van een capillair zit. Deze kan de bloedtoevoer hiernaartoe afsluiten of openen
welke zijn groter qua diameter; arteriolen of venules?
venules
Wie heeft meer spierlaag; artiole of venule?
arteriole
waar is de druk hoger; venule of arteriole
arteriole
dikte capillair wand
0.5 micrometer
structuur capillair wand
De buitenste laag is een basaal membraan. De binnenste laag is een enkele laag endotheel cellen. In deze laag zitten intercellulaire cleften, vesiculaire kanalen tussen cellen en caveolae
caveolae zijn en zitten in
zijn plasmalemale blaasjes in het endotheellaag van capillairen; inkepingen in de endotheellaag
diameter van een capillair
tussen de 4 en 9 micrometer (rode bloedcellen kunnen er nog net doorheen)
functie en structuur van intercellulaire cleften in capillairen
het diffuseren van water-oplosbare substanties door het membraan heen
Het bestaat uit korte richels van eiwitaanhechtingen zodat de endotheelcellen bij elkaar blijven
dikte intercellulaire cleft
5 tot 7 nanometer (60 tot 90 angstroms); net kleiner dan albumine molecuul
spleet poriën
de intercellulaire clefts
structuur en functie caveolae
De inkepingen bestaan uit een dubbele laag fosfo- sfingo- en cholesterol lipiden. Aan de binnenkant zitten Caveolins, deze eiwitten werken samen met cholesterol en polymeriseren om de caveolae te vormen.
Spelen wss een rol in endocytose en trancytose. Deze blaasjes kunnen zich in de endotheellaag verplaatsen