June 2025 Flashcards
(12 cards)
1
Q
Wij zien jou niet.
A
We don’t see you.
2
Q
I eat them.
A
Ik eet ze.
3
Q
Jullie horen mij.
A
You hear me.
4
Q
Jullie jongen zwent.
A
Your boy is swimming.
5
Q
We give the dog water.
A
We geven de hond water.
6
Q
It is quiet.
A
Het is rustig.
7
Q
Do you make glasses?
A
Maken jullie glazen?
8
Q
It is a young sheep.
A
Het is een jong schaap.
9
Q
Het is rustig.
A
It is quiet.
10
Q
Zij heeft kleine kinderen.
A
She has small children.
11
Q
You eat warm soup.
A
Jij eet warme soep.
12
Q
Ken je de eend?
A
Do you know the duck?
