Les 7 - Lachgas Flashcards
(58 cards)
1
Q
From (time)
A
Vanaf
2
Q
The danger(s)
A
Het gevaar, de gevaren
3
Q
The consciousness
A
Het bewustzijn
4
Q
To slacken, erschlaffen
A
verslappen
5
Q
To inhale
A
Inademen
6
Q
To end up, get into sth.
A
Belanden
7
Q
Dreamy
A
Dromerig
8
Q
The highness
A
De roes
9
Q
The laugh gas
A
Het lachgas
10
Q
The perception
A
De waarneming
11
Q
The image
A
De beeld
12
Q
The sound
A
Het geluid
13
Q
To suffer from
A
Last hebben van
14
Q
The dizziness
A
De duizeligheid
15
Q
The confusion
A
De verwardheid
16
Q
The tingling
A
De tintelingen
17
Q
Occasional use
A
Incidenteel gebruik
18
Q
Dozens
A
Tientallen
19
Q
Hundreds
A
Honderden
20
Q
The defect, lack
A
Het tekort
21
Q
The nervous system
A
Het zenuwstelsel
22
Q
The spinal injury
A
De dwarslaesie
23
Q
Popular
A
Populair
24
Q
The frontrunner, Spitzenreiter
A
De koploper
25
To increase
Toenemen
26
The rehabilitation clinic
De revalidatiekliniek
27
Affected
Aangetast
28
To work from home
Werken vanuit huis
29
To talk about something
Het ergens over hebben
30
What are you (guys) talking about?
Waar hebben jullie het over?
31
The idea
Het idee
32
The job interview
Het sollicitatiegesprek
33
To celebrate
Vieren
34
Published
Gepubliceerd
35
The extensions, Verlängerung
De verlenging
36
They are being underestimated
Ze worden onderschat
37
To overestimate
Overschatten
38
The pain relief
De pijnbestrijding
39
The misfortune, accidence
Het ongeluk
40
To attach, affix
Hechten
41
The needle
De naald
42
To deny
Ontkennen
43
To ignore
Negeren
44
To be addicted
Verslaafd zijn
45
To be informed about the dangers
Over de gevaren geïnformeerd worden
46
The forecast
De prognose
47
To sue (legally)
Een rechtszaak aanspannen
48
The agreement
De overeenkomst
49
The climate agreement
Het klimaatakkoord
50
To fight
Bestrijden
51
The politician (m/f)
De politicus, de politica
52
The European Union
De Europeese Unie
53
To take a decision
Een beslissing maken
54
To set limits
Grenzen stellen
55
The environment
Het milieu
56
The CO2 emission
De CO2-uitstoot
57
What do you mean?
| It means that
Wat bedoel je? (bedoelen = to intend)
| Het betekent dat (betekenen = to signify)
58
The responsibility
De verantwoordelijkheid