Niveau 2 - Deel 6 Flashcards
(79 cards)
1
Q
saucepan
A
De kookpan
2
Q
Snow
A
De sneeuw
3
Q
Report, message
A
Het bericht
4
Q
News
A
Het nieuws
5
Q
Solt
A
Het zout
6
Q
Christmas
A
De kerst
7
Q
To pass by
A
Langslopen (0)
Ik loop mijn buur langs.
8
Q
To smell
A
Ruiken
9
Q
To invite
A
Uitnodigen (0)
10
Q
Poor
A
Arm
11
Q
Funny
A
Grappig
12
Q
Finally
A
Eindelijk
13
Q
Probably
A
Waarschijnlijk
14
Q
Potato
A
De aardappel
15
Q
Department (in the shop)
A
De afdeling
16
Q
Banan
A
De banaan
17
Q
Frozen food
A
De diepvries
18
Q
Pea (горох)
A
De erwt
19
Q
Vegetables
A
De groenten
20
Q
Entrance
A
De ingang
21
Q
Cash desk
A
De kassa
22
Q
kitchen cabinet
A
De keukenkast
23
Q
refrigerator
A
De koelkast
24
Q
basket
A
De mand
25
mandarine
De mandarijn
26
Promotions
De promotie
27
Rise
De rijst
28
Leek
De prei
29
Celery
De selderij
30
spaghetti
De spaghetti
31
Container, can
Het blik
32
Grocery list
Het boodschappenlijstje
33
Letter, message
Het briefje
34
Cash
Het geld
35
gram
Het gram
36
quarter
Het kwart
37
paper
Het papier
38
Rack (shelve)
Het rek
39
toilet paper
Het toiletpapier
40
dangerous
gevaarlijk
41
not fat, lean, skinny,
mager
42
fresh
vers
43
full, entire
vol
44
careful, cautious
voorzichtig
45
heavy
zwaar
46
finally, at last
ten slotte
47
Turn
De beurt
| Wie is er nu aan de beurt?
48
beans
De bonen, de boonjes
49
client
de klant
50
cabbage
de kool
51
grocer
de kruidenier
52
order
de orde
53
pastry (place to buy)
de patisserie
54
aperitif
het aperitief
55
present
Het cadeautje
56
pastry (food)
het gebakje
57
past
geleden
58
lost
kwijt
59
light
het licht
60
last, previous
vorig
61
sweet
zoet
62
cook (person who cooks)
de kok
63
parsley
de peterselie
64
thyme
de tijm
65
dish
het gerecht
66
recipe
het recept
67
fire
het vuur
68
on top
bovenop
69
softly
zachtjes
70
to pour
gieten *
| gegoten (heeft)
71
toserve
opdienen
72
to cut
snijden *
73
egg
| eggs
ei
| eieren
74
stewardess
de stewardess
75
business, firm
de zaak
76
to keep silent
| silence
zwijgen
| het zwijgen
77
dismissal
het onslag
78
honestly, fair
| honest
eerlijk
het eerlijk
eerlijk gezegd
79
proud
trots
Mike is trots op zijn fiets
