speciale technische ruimten Flashcards

(27 cards)

1
Q

Wat is de definitie van een technische ruimte?

A

Een technische ruimte is een ruimte voor het plaatsen van apparatuur die noodzakelijk is voor het functioneren van een gebouw. Voorbeelden daarvan zijn een meterruimte, een stookruimte en een liftmachineruimte.
Ook een ruimte specifiek bestemd voor andere technieken zoals bvb. de airconditioning zal in het algemeen een technische ruimte zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is de definitie van een collectieve technische ruimte?

A

Een collectieve technische ruimte is een ruimte voor het plaatsen van apparatuur die noodzakelijk is voor het functioneren van het volledige gebouw.
Afhankelijk van de toepassing van centrale of decentrale systemen zullen hier weinig of veel toestellen/technieken in ondergebracht worden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is de definitie van een private technische ruimte?

A

Een private technische ruimte is een ruimte voor het plaatsen van apparatuur die noodzakelijk is voor het functioneren van een wooneenheid.
Afhankelijk van de toepassing van centrale of decentrale systemen zullen hier weinig of veel toestellen/technieken in ondergebracht worden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is de definitie van een technische koker?

A

= technische schacht
Technische kokers zijn ruimtes in gebouwen die verticaal door verschillende verdiepingen gaan en leidingen bevatten. Dat kan gaan om toevoerleidingen voor bijvoorbeeld water of elektriciteit, of afvoerleidingen zoals rioleringsbuizen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat verbindt een technische koker?

A

de technische koker verbindt de:
- ruimte waar de nutsleidingen binnenkomen (tellerlokalen)
- ruimte waar er warmte geproduceerd wordt (stooklokaal of gemeenschappelijke technische ruimte)
met elk:
- appartement
- eenheid (vb. commerciële ruimte of gemeenschappelijke ruimte)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat kan je zeggen over de locatie van technische kokers?

A
  • centraal in het gebouw
  • mogelijk om meerdere eenheden tegelijk te bedienen dus bv. tussen twee eenheden
  • verticale schachten dienen volledig verticaal te zijn
  • best langs drie zijden toegankelijk
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Waarvan hangt de dimensionering van technische kokers af?

A
  • de kokers moeten groot genoeg zijn om de leidingen in weg te werken:
    • sanitaire afvoeren
    • sanitaire toevoeren
    • ventilatiekanalen
    • elektriciteitsleidingen
    • extra werkruimte voorzien
  • de kokers mogen niet te ver verwijderd zijn van de tap- of verbruikspunten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Waarmee moet men rekening houden van bij het ontwerp?

A
  • sanitaire ruimten en technische bergingen groeperen: afstand tot afvoerstandleiding beperken
  • sanitaire ruimten en technische bergingen zoveel mogelijk boven elkaar: aantal afvoerstandleidingen beperken
  • leidingenkokers voorzien en ruim genoeg dimensioneren
  • uitvullaag dimensioneren i.f.v. de afstanden tot de koker
  • geen leidingen in/door scheidingsmuren (i.f.v. akoestiek, brand)
  • akoestische hinder beperken door te vermijden om schachten met afvoerleidingen aan te brengen nabij verblijfsruimten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat zegen de EPB-eisen?

A
  • muur van de koker is een scheidingsconstructie tussen wooneenheden en gemeenschappelijke ruimten: Umax = 0.6 W/m²K
  • muur van de koker grenst aan de buitenlucht en is onderdeel van de gevel: Umax = 0.24 W/m²K
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat zeggen de brandeisen voor open verticale kokers?

A
  • wanden (R)EI60
  • deuren EI160
  • brandveilige doorvoeren EI60
  • rookgasafvoerkanalen EI30
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat zijn akoestische aanbevelingen?

A
  • kokers nabij verblijfsruimten vermijden
  • zware leidingen en/of absorptiemateriaal rond leidingen gebruiken
  • kokers zelf uit zwaar materiaal opbouwen om overdracht van geluid te beperken
  • ontluchtingsleidingen op afvoerleidingen plaatsen zodat gorgelgeluiden vermeden worden
  • richtingsveranderingen in afvoerleidingen vermijden
  • leidingen ophangen met trillingsdempende beugels
  • geluidsdemper op de ventilatieleidingen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is de definitie van een tellerlokaal?

A

Afzonderlijk lokaal waarin de gemeenschappelijke en individuele tellers voor water, gas en/of elektriciteit staan opgesteld.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat kan je zeggen over gasaansluitingen?

A

Sinds 2025 zijn er geen nieuwe gasaansluitingen meer toegestaan in nieuwbouwprojecten, wel nog mogelijk in renovatiedossier.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat kan je zeggen over de eisen van Fluvius over gas?

A

voor appartementen zijn er twee voorschriften:
- voor appartementen met max. 9 standaard gasmeters tot 10 m³/u
- voor appartementen met een apart gasmeterlokaal: voor 10 gastellers of meer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat zeggen de voorschriften voor appartementen met max. 9 standaard gasmeters tot 10 m³/u over de opstellingsplaats?

A
  • de gasmeters worden gegroepeerd opgesteld, op het gelijkvloers of op de eerste kelderverdieping, tegen de straatzijde
  • een ruimte of kast voor gemeenschappelijk gebruik zijn, enkel toegankelijk voor de gebruikers en Fluvius of een afzonderlijk lokaal
  • moet voldoen aan de geldende brandpreventienorm
  • goed verlicht zijn
  • beschermd zijn tegen weersinvloeden (droog en windvrij)
  • moet voorzien zijn van een permanente natuurlijke verluchting, door verluchtingsopeningen in rechtstreeks contact met de buitenlucht of in rechtstreeks contact met een ruimte met een goede verluchting naar buiten (min. oppervlakte van verluchtingsopeningen is 150 cm², max. 10 cm onder hoogste gedeelte van de ruimte)
  • er moet een min. afstand van 1.5 m zijn tussen de gasmeter en eventuele hittebronnen (radiatoren, convectoren, kachels… - gesloten aardgasketel en boiler zijn geen hittebronnen) als je de minimale afstand niet kunt garanderen, moet je een scheiding (plaat, tussenschot) voorzien
  • als de gasmeters zijn opgesteld bij andere nutsvoorzieningen, dan moet de gasmeter naast of boven de andere meters hangen (niet onder)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Welke ruimtes worden niet toegelaten als opstellingsplaats van gas voor appartementen met max. 9 standaard gasmeters tot 10 m³/u?

A
  • stookplaats met vermogen > 70 kW
  • liftkokers
  • ruimtes op eerste verdieping en hoger, of lager dan eerste kelderverdieping
  • ruimtes zonder permante verluchting
  • opslagruimte of ruimtes met chemische producten
17
Q

Wat zeggen de voorschriften voor appartementen met max. 9 standaard gasmeters tot 10 m³/u over de ruimte voor de opstelling van de gasmeters?

A
  • gasmeters worden bij appartementen gezamenlijk opgesteld
  • die opstelling biedt de mogelijkheid om de gasmeters op te hangen in één tot max drie rijen, elke rij kan max acht gasmeters bevatten
  • hoe de gasmeters worden opgesteld, gebeurt altijd in overleg met Fluvius
18
Q

Welke eisen worden gesteld voor gasmeterlokaal voor appartementen met een apart gasmeterlokaal: voor 10 gastellers of meer?

A
  • op elk moment toegankelijk voor Fluvius
  • goede verlichting
  • een brandveilige aparte ruimte tegen de straatkant of het gelijkvloers of op de eerste kelderverdieping
  • volledige brandweerstand van ≥ 2 uren
  • aan de bovenkant van het lokaal kan geen gasophoping plaatsvinden
  • lokaal dient enkel voor de gasmeters (geen stookplaats, opbergplaats of opslagplaats)
  • naast de gasleidingen mogen er enkel elektrische kabels lopen die het lokaal verlichten
  • meerpolige schakelaars voor de lichtvoorziening buiten het lokaal moeten voorzien zijn naast de toegangsdeur
  • aanwezige elektrische elementen in het lokaal zijn van het type ‘ATEX groep II’ minimaal categorie 2
  • ontstekingsbronnen (zoals de aardingsonderbreker van de equipotentiaalverbinding en de elektromagnetische onderbrekingsklep) bevinden zich buiten het lokaal
19
Q

Welke voorschriften zijn er m.b.t. de toegangsdeur van het gasmeterlokaal voor appartementen met een apart gasmeterlokaal: voor 10 gastellers of meer?

A
  • de deur heeft een brandweerstand van minstens 1 uur, tenzij het om een buitendeur gaat
  • de deur moet van binnenuit altijd kunnen worden geopend en moet naar buiten draaien
  • de deur sluit automatisch en is voorzien van een pompsysteem
  • de deur mag geen roosters bevatten, tenzij het om een buitendeur gaat
20
Q

Wat zijn de ventilatie-eisen voor appartementen met een apart gasmeterlokaal: voor 10 gastellers of meer?

A
  • er moet een permanente, natuurlijke (geen mechanische) ventilatie aanwezig zijn, rechtstreeks naar buiten, die bestaat uit een onder- en bovenventilatie
    • onderventilatie max. 0.5 m boven de vloer
    • bovenventilatie max. 0.1 m van het plafond
  • verluchtingsopeningen bedragen 0.5 % van het totale vloeroppervlak met een minimum van 200 cm²
  • bij een buitenmuur mogen de ventilatieopeningen linksonder en rechtsboven worden geplaatst
  • als er geen directe buitenmuur is, moeten de ventilatieopeningen worden verlengd met ventilatiekanalen; de kanalen monden uit buiten het gebouw en lopen zo beperkt mogelijk door andere delen van het gebouw
  • als die kanalen andere ruimtes doorkruisen, dan hebben ze een brandweerstand ≥ 1 uur
  • de kanalen zijn zo geplaatst dat de natuurlijke ventilatie via onder- en bovenverluchting behouden blijft
  • ventilatieopeningen of kanalen monden uit op een veilige plaats, minimaal 1 meter verwijderd van andere openingen of deuren
21
Q

Wat zijn de eisen voor de afmetingen van het gasmeterlokaal voor appartementen met een apart gasmeterlokaal: voor 10 gastellers of meer?

A
  • je kunt max. 3 rijen maken en per rij max. 10 gasmeters opstellen
  • voorzie ook ruimte om verluchtingsopeningen voor de ventilatie te plaatsen
    • een rooster als de opstelling op het gelijkvloers staat
    • kanalen als de opstelling in de kelder staat
22
Q

Waarop moet je letten bij de inplanting van een tellerlokaal voor elektriciteit?

A
  • overdekt en omsloten
  • in alle omstandigheden gemakkelijk en veilig toegankelijk voor de klant en voor Fluvius
  • tegen de gevel van de straat waarop het huisnummer is toegekend
  • op het gelijkvloers op eerste kelderverdieping
  • voldoende verlicht en verlucht
  • uitdrukkelijk verboden in onder andere kruipkelders, boven trappen, leefruimtes, ruimten met toegang tot liftkokers, technische ruimtes van liften…
23
Q

Wat zijn de afmetingen van het tellerlokaal?

A
  • min. 2 m hoog
  • min. 1.2 m breed
  • lengte afhankelijk van het aantal tellerkasten
  • met naar buiten opendraaiende deur
24
Q

Wat zijn de afmetingen van de telleropstelling?

A
  • 1 meter zit in 1 meterkast van 25cm breed, 60cm hoog en 25cm diep
  • kastenbatterij = geheel van meterkasten, in max. 2 rijen onder elkaar
  • vrije ruimte boven, links en rechts, en onder de kastenbatterij van 0,3m
  • bovenkant kastenbatterij is op +-1,8m van de grond
  • voor de meterkasten is er een vrije ruimte van min. 0,80m diep
  • er mogen geen water-of afvoerleidingen boven de kastenbatterij lopen
  • ook 1 meterkast voor de gemene delen nodig
  • vanaf 5 meterkasten ook een brandweerschakelaar nodig = hoofdschakelaar
  • t.e.m. 9 woningen moeten alle meterkasten op 1 en dezelfde wand
25
Welke benamingen worden gebruikt voor telleropstellingen?
(getal) + K + B of R getal = aantal tellers K = kasten B = brandweerschakelaar aanwezig? R = rijopstelling = de tellerverzameling bestaat uit één rij (geen kolomopstelling)
26
Wat zijn de voorschriften i.v.m. watermeterlokaal?
- het lokaal bevindt zich zo dicht mogelijk bij de rooilijn/voorgevel van het gebouw en is op elk ogenblik toegankelijk voor de bewoners/huurder van het gebouw én voor de medewerkers van het drinkwaterbedrijf - dit lokaal moet voldoende verlicht en verlucht zijn, alsook in zindelijke staat zijn - de temperatuur moet in alle lokalen met waterleidingbuizen boven het vriespunt blijven - de beheerder van het gebouw brengt ter hoogte van elke watermeter een aan de muur bevestigde identificatie aan de vermelding van het overeenkomstig huisnummer - vrij hoogte: min. 2.4 m - breedte: min.. 1.5 m, na plaatsing van de buisleidingen en watermeters moet een vrije doorgang van min. 1.3 m gewaarborgd worden - lengte: min. 2.5 m tot max. 20 eenheden - de weg naar het lokaal moet min. 2 m hoog zijn, verlicht en verlucht zijn, breedte van eventuele trap moet min. 0.8 m zijn - wanneer het lokaal ook gebruikt wordt door andere nutsmaatschappijen moeten er voor de uitvoering afspraken gemaakt worden over de inplanting van de tellers - aanvrager staat in voor de opmaak van een opstellingsschema en verdeelt dit aan de betrokken nutsmaatschappijen - op de plaats waar de meteropstelling dient te gebeuren, voorziet de aanvrager een voldoende grote multiplex of betonplex plaat
27
Wat kan je zeggen over de samenbouw van de drie nutleidingen?
- toegelaten bij minder dan 10 eenheden - bij meer dan 10 eenheden: verplicht apart lokaal voor aardgastellers en verplicht apart lokaal voor elektriciteitstellers - er moet aan het geheel van alle eisen, van alle nutsmaatschappijen, gelijktijdig voldaan worden - aardgasmeter steeds bovenaan - mag ook aanwezig zijn: - telecom: TV, internet, telefonie - zekeringskast algemene delen - brand- of andere detectiecentrales