tumoren Flashcards
manieren waarop tumoren tot systeemziekte kunnen zorgen
-uitzaaiingen van primaire tumoren
-tumor geeft paraneoplatische syndromen (die aan de primaire tumor zijn gerelateerd)
-tumoren die uit zichzelf al op meerdere plaatsen ontstaan zoals hematopoietische tumoren
process van metastasering
Hyperplasie –> dysplacie (cellen zien er afwijkend uit),–> carcinoom in situ (basaallaag is niet doorbroken –> carcinoom (basaal laag doorbroken) –> invasie in het omliggende weefsel –> omliggend weefsel reageert op tumorcel –> stoffen komen vrij van of de tumor of omliggend weefsel –> tumor gaat invaseren bij een bloedvat –> tumorcellen in de circulatie –> tumor cel kan gedetecteerd worden door afgweer, gebeurt dit niet dan zaait die uit in een orgaan –> tumorcel moet uit het bloedvat komen (gebeurt door een reactie van het weefsel) –> extravasatie –> nesten in het orgaan = metastase
stagering via TNM-systeem
dit gebeurt bij solide tumoren
T = Tumor –> hoe groot is die
N= Nodule (regionale lymfeknopen) N0-negatief, N1- Positief
M= Metastase –> vaak in de longen, lever of milt
Een combinatie van bovenstaande factoren wordt dan gebruikt om verschillende stadia te definieren
Stagering zonderg TNM systeem
Wanneer een tumor systeemziekte veroorzaakt werkt de TNM systeem nietmeer omdat je niet weet wat de primaire tumor is enz. een manier van stagering dan is bijvoorbeeld als volgt voor een maligne lymfoom bij de hond
stadium 1 –> één lymfeklier/lymfoid orgaan
stadium 2 –> > 1 lymfeklier in 1 gebied
Stadium 3 –> meerder lymfeklieren in meer dan 1 gebied
Stadium 4 –> lever en/of milt doet mee
Stadium 5 –> Bloed en beenmerg en/of andere organen doen mee
—–Zonder systemische symptomen
—–Met systemische symptomen
Consequenties van tumoren als systeemziekte
- Hebben hun eigen verspreidingspatroon, je moet hierom goed de anamnese uitvragen en lichamelijk/aanvullend onderzoek moet gericht zijn
-Chirurgie is als behandelingsmethode ongeschikt
-medicamenteuze behandeling –> bv. chemo- of immunotherapie
voorbeelden van tumoren die systeemziekte kunnen veroorzaken
plasmaceltumoren
-Multiple myeloom
-Wandenstrom’s Macroglobulinemie
-solitair bot plasmacytoom
-cutaan extrameduallaire plasmacytoom
-niet-cutane extramedullaire plasmacytoom
-plasma cel leukemie
Histiocytaire tumoren
multipele myeloom
= kwaadaardige ziekte van plasmacellen
Symtomen –> veroorzaakt tumor groei in beenmer en productie van paraproteinen (immunoglobulines). Stupor, zwakte, kreupelheid, pijn, fracturen en neurologische symptomen
Symtpoom diagnose door aanweizgheid van twee van de voglende:
-osteolytische bot leasies
-toegenomen aantal plasmacellen in beenmerg
-IgA/IgG paraproteinemie
-Bence jones proteinurie
(hypercalcemie)
Paraneoplastische syndromen
-Hypercalcemie
-Paraproteinemie (verhoogde productie immunoglobulines)
—Stollingstoornissen
—Immunosuppressie
—Serum hyperviscositeit
—Nierfalen
Therapie
-Chemotherapie
—Melphalan + Prednisolon –> Partiele remissie 48.6%, compleet 43.2%. mediane overleving 540 dagen
-Aditionele therapie
IgM /Waldenstrom’s macroglobulinemie
-hepatosplenomegalie en lymadenopahtie
-Wordt vaak geassocieerd met hyperviscositeit syndroom
-therapie met Chlorambucil therapie –> 7/9 reageren, mediane overleving 11 maanden
Solitair plasmacytoom in bot
-vaak progressie van multiple myeloon
-behandeling –> chirurgie en radiotherapie (lokaal)
Extramedullaire plasmacytoom
-komt vaak voor in huid en mucosa (lip, tenen, oor en gezicht)
- Gemiddelde leeftijd 9-10 jaar, vaker bij hond, geen raspredispositie.
-Diagnose via cytologie –> je vindt plasmacel lijkende tumorcellen
-Behandeling –> chirurgie
Histiocyten
cellen van de macrofagen/monocyten en langerhans/dendritische celreeks
3 vormen van histiocytair sarcoom complex
-Lokaal histiocytair sarcoom in subcutis of peri-articulair (kan in oog)
-gedissemineerd histiocytair sarcoom
-Hemofagocytair histiocytair sarcoom in de milt
Waar zijn tumorcellen van afkomstig bij verschillende soorten kanker
-histiocytoom –> epitheliale langerhans cel type
-De reactieve histiocytosis –> interstitiele dendritische cellen
-Hemofagocytair histiocytair sarcoom –> macrofaag type
-Histiocytair sarcoom –> dendritische cellen of lymfoide organen
therapeutische mogelijkheden bij tumoren
-chirurgie –> gebeurt het meest, alleen zonder metastase
-Chemotherapie
-Radiotherapie
-Hormonale therapie
-Immunotherapie –> stimulerend
-Overige
—COX-2 Remmers
—Groeifactor remmers
—Gentherapie
Waar hangt de behandeling van een tumor van af?
-type tumor –> biopt nodig
-Stagering (uitzaaiing)
-De algemene conditie van het dier
-De wensen van de eigenaar
-
chemotherapie
-Doel is symptomen verlichten en vertraging.
Totale genezing
alle tumor cellen zijn dood. de tumor is er nog wel
Complete remissie
De tumor is niet meer zichtbaar
palliatief
afname van de tumor symptomen
Adjuvant chemotherapie
de chemobehandeling wrodt toegevoegd aan een andere behandeling bv. chirurgie. vaak gebeurt dit achteraf maar soms ook voor chirurgie.
Dit kan zowel curatief als palliatief zijn.
factoren die van invloed zijn op chemotherapie
-Tumortype
-Patiënt moet ervoor geschikt zijn
-eigenaar moet het willen
invloed van tumortype op chemotherapie
- Gedrag van de tumor
—Invasie
—Metastaisch vermogen
-Sensitiviteit van de tumor voor chemo
-tumor uitbreiding
—Locatie
—Grootte
relevante eigenschappen van een patient voor chemo
-Leeftijd/levensverwachting
-Ras (sommige gevoeliger voor bijwerkingen
-Grootte
-Functie
-Klinische performance
—Fysiek effecten van de tumor
—Aanwezigheid paraneoplastische syndromen
-Orgaan functies
—Nier –> excretie cytostatica
—Lever –> excretie en metabolisatie van cytostatica
—Hart –> Cardiotoxiciteit
—Beenmerg –> meest cytostatica zijn myelosuppressief
-Stagering
-aanwezigheid van paraneoplastische syndromen
-aanwezigheid van andere ziektes
-gedrag –> agressief dier moeilijk te behandelen
Eigenaar gerelateerde factoren voor chemo
-Motivatie
-Balans –> wens/ verwachting –> lange termijn overleving is niet reëel
-Financiële-/tijds-investering
-emotionele effecten
-risico –> blootstelling aan cytostatica