1.2 Waarom koop je dat? Flashcards

1
Q

Waar kan verschil in behoeften mee te maken hebben?

A

-smaken verschillen
-verschil in geslacht
-leeftijd
-budget

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is budget

A

Het geld waarover je kunt beschikken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Sociale beinvloeding

A

De mensen met wie jij veel omgaat hebben invloed op wat je koopt. ( vooral vrienden en familie)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

commerciële beïnvloeding

A

de invloed van winkeliers en fabrikanten op wat jij koopt (reclame etc)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat willen winkeliers met reclame bereiken

A

Winkeliers en fabrikanten willen aandacht trekken voor hun producten. Zij hopen door die reclame meer te gaan verkopen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Waarom is reclame ook voor consumenten aantrekkelijk?

A

Door reclame leer je nieuwe producten kennen die je misschien wel kunt gebruiken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat betekent commercieel

A

Dat ze er geld aan willen verdienen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly