Acroniemen Flashcards
Nederlands (55 cards)
1
Q
3D
A
initiaalwoord
2
Q
aids
A
letterwoord
3
Q
airco
A
lettergreepwoord
4
Q
Benelux
A
lettergreepwoord
5
Q
bh
A
initiaalwoord
6
Q
BMW
A
initiaalwoord
7
Q
Brexit
A
lettergreepwoord
8
Q
btw
A
initiaalwoord
9
Q
cao
A
letterwoord
10
Q
cd
A
initiaalwoord
11
Q
Cobra
A
lettergreepwoord
12
Q
dB
A
initiaalwoord
13
Q
dvd
A
initiaalwoord
14
Q
EHBO
A
initiaalwoord
15
Q
EU
A
initiaalwoord
16
Q
gft
A
initiaalwoord
17
Q
gps
A
initiaalwoord
18
Q
gsm
A
initiaalwoord
19
Q
hifi
A
lettergreepwoord
20
Q
hiv
A
initiaalwoord
21
Q
holebi
A
lettergreepwoord
22
Q
horeca
A
lettergreepwoord
23
Q
ICT
A
initiaalwoord
24
Q
IKEA
A
letterwoord
25
IQ
initiaalwoord
26
KMI
initiaalwoord
27
KMO
initiaalwoord
28
led
letterwoord
29
LGBTI+
initiaalwoord
30
lp
initiaalwoord
31
MNM
initiaalwoord
32
NASA
letterwoord
33
NAVO
letterwoord
34
NMBS
initiaalwoord
35
pc
initiaalwoord
36
pdf
initiaalwoord
37
pet
letterwoord
38
pin
letterwoord
39
sim
letterwoord
40
sms
initiaalwoord
41
Stubru
lettergreepwoord
42
tv
initiaalwoord
43
UEFA
letterwoord
44
ufo
letterwoord
45
UNESCO
letterwoord
46
UNICEF
letterwoord
47
VDAB
initiaalwoord
48
vip
letterwoord
49
VK
initiaalwoord
50
VN
initiaalwoord
51
VRT
initiaalwoord
52
VTM
initiaalwoord
53
wc
initiaalwoord
54
wifi
lettergreepwoord
55
UNICEF
letterwoord