Biologie en gedrag Flashcards

(32 cards)

1
Q

somatisch zenuwstelsel

A

Betrokken bij vrijwillig gedrag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

autonome zenuwstelsel

A

Betrokken bij minder vrijwillig gedrag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Heropname

A

neurotransmitter wordt teruggenomen in presynaptische eindknopen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Enzymdeactivatie

A

een enzym vernietigt de neurotransmitter

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Autoreceptie

A

Autoreceptoren monitoren hoeveelheid neurotransmitter. Bij overmaat wordt signaal gestuurd om afgifte te stoppen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

agonist

A

Versterkt effect van neurotransmitter

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Antagonist

A

Verzwakt effect van neurotransmitter

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

directe antagonist

A

bind zich aan receptoren zodat neurotransmitter dit niet meer kan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

indirecte antgonist

A

zorgen ervoor dat er minder neurotransmitter in de synaptische spleet vrijkomt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Acetylcholine

A

verantwoordelijk voor motorische controle. Ook betrokken bij mentale processen zoals leren, geheugen, dromen en slaap

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Norepinefrine

A

Betrokken bij opwinding, alertheid en wordt vrijgelaten wanneer men waakzaam is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Serotonine

A

Betrokken bij psychologische activiteiten vooral emoties, impulsbeheersing en dromen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

SSRI’s

A

blokkeren de heropname van serotonine

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Dopamine

A

Zorgt voor motivatie en beloning en ook betrokken bij motorische controle in de planning

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

GABA

A

primair remmende neurotransmitter

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Glutamaat

A

primair prikkelende neurotransmitter

17
Q

Endorfines

A

Betrokken bij beloning en maken deel uit van natuurlijke afweer tegen pijn.

18
Q

PET

A

Positron emissie tomografie. Radioactief materiaal in bloed en zo kan men zien waar in het lichaam meeste bloed naar toe gaat

19
Q

MRI

A

sterk magnetisch veld waarmee magnetische krachten in hersenen tijdelijk worden verstoord

20
Q

fMRI

A

maakt hersenkaart op basis van de bloedstroom van de hersenen

21
Q

Waar bestaat de hersenstam uit

A

Medulla oblongata
Pons
Middenhersenen

22
Q

Cerebellum

A

essentieel voor motorische functie

23
Q

Thalamus

A

ontvangt, organiseert en stuurt zintuigelijke informatie

24
Q

Hypothalamus

A

beïnvloedt de functie van veel interne organen en is betrokken bij gemotiveerd gedrag

25
Hippocampus
Geassocieerd met leren en vormen van nieuwe herinneringen
26
Amygdala
Verantwoordelijk voor leren van biologisch relevante stimuli betrokken bij lezen van emoties van gezichten betrokken bij versterken van geheugen wanneer er sterke emoties in het spel zijn
27
Basale ganglia
Cruciaal voor planning en uitvoering van bewegingen
28
Corpus callosum
Verbindt de twee hersenhelften met axonen die een brug vormen waardoor informatie kan stromen
29
Pariëntele kwabben
Gewijd aan aanraking | Betrokken bij aandacht
30
temporele lobben
houden primaire auditieve cortex vast wat verantwoordelijk is voor gehoor
31
Frontale kwabben
belangrijk voor beweging en psychologische processen
32
Prefrontale cortex
behouden van aandacht, onthouden van ideeën en betrokken bij rationele activiteit