College 1 Flashcards

1
Q

Wat zijn belangrijke kenmerken van interventies met jeugd?

A
  • Kinderen en jongeren verwijzen zichzelf zelden
  • Je hebt het kind bijna nooit alleen in therapie
  • Je hebt een kans om vroeg in te grijpen
  • Bijna per definitie veel heterogeniteit en comorbiditeit in je behandelkamer
  • Je moet rekening houden met de ontwikkeling (van een probleem)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is de uitdaging met dat kinderen zichzelf zelden verwijzen?

A
  • Ouders en leerkrachten doen dit vaker.
  • Hierdoor kan een cliënt weinig motivatie hebben
  • En niet beseffen dat er problemen zijn
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is de uitdaging met dat je een kind bijna nooit alleen in therapie hebt?

A
  • Verschillende partijen waar je rekening mee moet houden

- Allemaal invloed op behandelproces

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat zijn de verschillende soorten preventie en wat houden ze in?

A
  • Universeel: hele populatie
  • Selectief: jeugd met een bepaald risico
  • Geïndiceerd: jeugd die reeds symptomen vertoont
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wanneer is er sprake van preventie en wanneer van behandeling?

A

Preventie: wanneer je een stoornis wilt voorkomen.
Behandeling: wanneer er al symptomen op (sub)klinisch niveau aanwezig zijn of een DSM diagnose

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is heterogeniteit?

A

De aanwezigheid van verschillende pathologische processen en oorzaken tussen cliënten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat zijn evidence-based interventies?

A

Interventies waarbij er (enig) bewijs is betreft effectiviteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Hoe ziet de effectladder eruit?

A
Trede 1: Voorwaardelijk
Trede 2: Veelbelovend
Trede 3: Doeltreffend
Trede 4: Plausibel
Trede 5: Werkzaam
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is evidence-based werken?

A

Het gebruiken van beschikbare kennis over doeltreffendheid en doelmatigheid van een methode bij het uitvoeren van een handeling

  • Gaat veel breder dan alleen gebruik van evidence-based interventies.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat zijn de sterke kanten van individuele protocollen in de jeugdzorg?

A
  1. Explicitering inhoud maakt overdracht, training en onderzoek mogelijk;
  2. Maakt behandelingsverloop ordelijk;
  3. Bevat veelal gestandaardiseerde metingen voortgang en resultaat
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat zijn beperking van individuele protocollen in de jeugdzorg?

A
  1. Elke wijziging in protocol vergt uitgebreid hertesten;
  2. Steeds verder specificeren van interventies leidt tot onnodige duplicaties;
  3. Veel praktijkwerkers hebben kritiek op protocollen: rigide en mechanistisch;
  4. Welk protocol kiezen?
  5. Hoe cliënten met meervoudige problematiek helpen?
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat zijn de 4 hoofdvragen in interventieonderzoek?

A
  • Efficacy: is de interventie Werkzaam in een laboratorium setting?
  • Effectiveness: is de interventie doeltreffend in de klinische praktijk?
  • Mediatoren: hoe werkt de interventie?
  • Moderatoren: voor wie wel/niet?
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat zijn moderatoren?

A

Bepalen voor wie en onder welke condities de behandeling het meeste effect heeft, en welke kinderen/jongeren een alternatieve behandeling nodig hebben.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn mediatoren?

A

Mechanismen/processen via welke de behandeling effecten bereikt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Hoe ziet trede 1 eruit?

A

Voorwaardelijk
- De interventie staat op papier, door deze explicitering is de werkwijze te begrijpen en de aanpak gemakkelijker overdraagbaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Hoe ziet trede 2 eruit?

A

Veelbelovend

- Het formuleren van een goede interventietheorie maakt een interventie in theorie effectief

17
Q

Hoe ziet trede 3 eruit?

A

Doeltreffend

- De interventie is gemeten en de cijfers laten zien dat iets werkt > eerste aanwijzingen voor effectiviteit

18
Q

Hoe ziet trede 4 eruit?

A

Plausibel

- Wanneer er onderzoek is gedaan naar vooraf voorspelde verbanden en deze voorspelling uitkomt

19
Q

Hoe ziet trede 5 eruit?

A

Werkzaam

- Voldoende causale bewijskracht is nodig, een vergelijking met een controlegroep.