hoofdstuk 3; paragraaf 3 Flashcards

1
Q

volksvertegenwoordiger

A

is iemand die het volk vertegenwoordigt en gewoonlijk een wetgevende functie vervult. Op nationaal niveau wordt het vaak het parlement genoemd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

politieke partij

A

bestaat uit een groep mensen met globaal dezelfde ideeën over een ideale samenleving.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

ideologische partijen

A

is een partij met veel ideeën over de mens, menselijke relaties en de inrichting van de maatschappij.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

one-issuepartijen

A

vertegenwoordigen een specifieke doelgroep of kijken vooral naar een aspect van de samenleving.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

antidemocratische partijen

A

hebben standpunten die in strijd zijn met de rechtsstaat. Ze roepen vaak op tot geweld.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

integratiefunctie

A

de wensen en eisen van veel mensen worden gebundeld tot één politiek programma.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

informatiefunctie

A

via politieke partijen komen kiezers verschillende standpunten te weten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

participatiefunctie

A

politieke partijen proberen burgers te interesseren om zelf actief aan de politiek deel te nemen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

selectiefunctie

A

politieke partijen selecteren kandidaten voor publieke functies zoals burgemeesters, Kamerlid of minister.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

zwevende kiezers

A

laten de keuze voor een partij afhangen van het moment en vooral ook van de persoonlijkheid van de partijleiders.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

dalende ledenaantallen

A

partijen hebben een steeds kleiner aantal leden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

nationalistische partijen

A

die beloven de ruimte voor nationale beslissingsmacht te heroveren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

populistische partijen

A

die beloven de ruimte voor nationale beslissingsmacht te heroveren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

partijlidmaatschap

A

wanneer je lid bent van een partij.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Europese samenwerking

A

Europese landen verenigen zich op economisch en politiek gebied.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

fractiediscipline

A

fracties oefenen sterke drang uit op fractieleden met een afwijkend standpunt.

17
Q

het politieke spectrum

A

is een manier om verschillende politiek opvattingen en stromingen te kunnen duiden langs een of meerdere assen.