Informatie technologie Flashcards

1
Q

Hoe kennen ze de term ICT in het buitenland?

A

IT

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke soorten e-health ken je?

A

Domotica
eHealth
eCommunicatie
zelfhulp

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Waarin kan e-health allemaal worden ingezet?

A
signalering
diagnostiek
begeleiding
zorg/behandeling geven op afstand
zelfmanagement bevorderen
indicatiestelling
planning (met collega's of online voor patiënten)
evalueren nazorg/monitoring
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is “uitstap” zorg?

A

Je krijgt buiten het ziekenhuis zorg. Met oog op
zelfredzaamheid
zelfregie
zelfzorg

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is de oude definitie van gezondheid?

A

“een toestand van volledig, lichamelijk, psychisch en sociaal welbevinden”

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is de nieuwe definitie van gezondheid?

A

The ability to adapt and self manage, in the face of social, physical and emotional challenges.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is de rol van ict in de zorg (4 antwoorden)?

A

Geen doel maar een middel
versnelling realisering
ondersteunend
ook rol voor omgeving

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Ministerie VWS staat voor?

A

Ministerie van volksgezondheid, welzijn en sport

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is “the internet of things”?

A

Straks hangen de niet bedienbare dingen aan het internet, i.p.v. nu de bedienbare dingen. Dus sensoren hangen samen met het internet, en hoeven dus niet eerst bediend worden. Het word geautomatiseerd.
Het internet der dingen refereert aan de situatie dat door mensen bediende computers in de minderheid zullen zijn op het internet. De meerderheid van de internetgebruikers zal in deze visie bestaan uit semi-intelligente apparaten, zogenaamde embedded systems.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Waar wordt “the internet of things” nu al veel toegepast (noem 4 dingen)?

A

Fitness tracker
FitBits
Pacemaker
Insuline pompen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is “Big Data”?

A

De definitie van big data is niet altijd duidelijk en de term big data wordt vaak ten onrechte gebruikt. Volgens Gartner gaat het om drie factoren[1]:

de hoeveelheid data;
de snelheid waarmee de data binnenkomen en/of opgevraagd worden;
de diversiteit van de data. Hiermee wordt met name bedoeld dat de data ongestructureerd zijn en niet in een traditionele database opgeslagen kunnen worden.
Als aan minimaal twee van bovenstaande factoren is voldaan, spreekt men in het algemeen over big data.

Men spreekt van big data wanneer men werkt met een of meer datasets die te groot zijn om met reguliere databasemanagementsystemen onderhouden te worden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat voor soorten schade zijn er bij ict?

A

Onbereikbaarheid
oneigenlijk toegang
uitlekken van gegevens (opslaan niet toestaan)
Imagoschade

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

op welke gebieden wordt er gestandaardiseerd?

A

Het gebruiken van gelijke termen
kwaliteit
informatie
techniek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Hoe wordt kwaliteit gestandaardiseerd?

A
  • zorg
  • richtlijnen
  • best practises
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

wat is Interoperabiliteit?

A

Interoperabiliteit is de mogelijkheid van verschillende autonome, heterogene eenheden, systemen, partijen, organisaties of individuen om met elkaar samen te werken, te communiceren en informatie uit te wisselen.

Bijvoorbeeld dezelfde notatie van geboortedatum.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Welke twee bedrijven maken standaard normen duidelijk?

A

NEN

ISO

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat is ICD (10)

A

International classification of diseases (10e editie)

Hierin wordt precies volgens een gestructureerde indeling bepaald welke ziekte iemand heeft.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Hoe wordt eenheid van taal gewaarborgd?

A

De structuur en de betekenis van medische informatie wordt eenduidig gedefinieerd, zodat gegevens die worden vastgelegd of uitgewisseld slechts op een manier kunnen worden geïnterpreteerd?

Heldere afspraken tussen zorgverleners, patiënten en ICT-leveranciers over
Welke gegevens
Welke medische classificaties, coderingen en termen
Welke technische standaarden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Wat is BIG-register?

A

Het BIG-register is een Nederlands register waarin het basisberoep is opgenomen van individuen werkzaam in aantal beroepsgroepen in de gezondheidszorg. Het BIG-register geeft duidelijkheid over de bevoegdheid van een zorgverlener. Iedereen kan het BIG-register raadplegen.

Beroepen in de Individuele Gezondheidszorg

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

BSN?

A

Burgerservicenummer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

UZI-register

A

Unieke Zorgverlener Identificatienummer.

Het UZI-register (Unieke Zorgverlener Identificatie register) is de organisatie die de unieke identificatie van zorgaanbieders en indicatieorganen in de zorg mogelijk maakt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

UZOVI

A

Unieke ZorgVerzekeraarsIdentificatie.

Het UZOVI-register legt alle adresgegevens en de UZOVI-nummers vast van zorgverzekeraars en andere instanties (o.a. gevolmachtigde verzekeringsadviseurs, zorgkantoren, labelorganisaties en nevenvestigingen). Door gebruik van het UZOVI-nummer wordt gezorgd dat zorgverleners de declaraties bij de juiste verzekeraar indienen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Wat is NEN 7510?

A

Norm voor informatiebeveiliging in de zorg
Systeem, geen eenmalige oefening
Kwaliteitsnorm, geen wet
Controle door inspectie gezondheidszorg (IGZ)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Wat is NEN 7512?

A

Vertrouwensbasis voor gegevens- uitwisseling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

Wat is NEN7513?

A

Logging, dat wil zeggen het vastleggen van acties op het elektronisch patiëntendossier, zodat achterhaald kan worden wie er toegang heeft gehad tot het dossier

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
26
Q

Wat is NEN7521?

A

toegang tot patiëntengegevens

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
27
Q

Wat is digitale zorg ook wel?

A

Zorg op afstand

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
28
Q

‘’Telemedicine is een zorgproces of het geheel van de zorgprocessen waarbij wordt voldaan aan de twee volgende kenmerken’’:

A

o er moet een afstand overbrugt worden: cliënt en zorgverlener bevinden zich niet in dezelfde ruimte.
Afstand tussen minstens 2 partijen wordt overbrugd door gebruikmaking van informatietechnologie en telecommunicatie
o netwerk waar meerdere mensen in samenwerken met minimaal 1 BIG geregistreerde zorgverlener

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
29
Q

Wat zijn de functies van telemedicine?

A

diagnostiek

(tele)monitoring

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
30
Q

Wat is telemedicine?

A

Telemedicine is een zorgproces waarbij ten minste twee partijen betrokken zijn, waaronder een erkende zorgverlener, die met de patiënt communiceren via informatietechnologie en telecommunicatie. Het is onderdeel van een proces rond (para-)medisch handelen, waarmee het zich onderscheidt van andere vormen van ‘zorg op afstand’. Het wordt onder meer toegepast bij chronisch zieken.

Bij telemedicine is altijd een zorgverlener betrokken. Dat kan variëren van een specialist tot een verpleegkundige. De betrokkenen wisselen informatie uit over de situatie van de cliënt via het verzenden en delen van tekst, foto’s of bewegende beelden. De verbinding verloopt via een beveiligde (internet)verbinding.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
31
Q

Waar kan telemonitoring op worden toegepast?

A
  • Diabetes
  • Hartfalen
  • Dermatologie
  • Voor heel wat ziekten toepasbaar
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
32
Q

Wat is het LSP?

A

Landelijk Schakelpunt
Het Landelijk Schakelpunt is een netwerk waar zorgaanbieders op kunnen aansluiten. Zij kunnen dan medische gegevens over hun patiënten raadplegen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
33
Q

Wat is een database?

A

o Collectie informatie dat zo georganiseerd is dat het makkelijk toegankelijk is, goed te managen en makkelijk te updaten is
o In te delen naar content, dus bibliotheek, text, getallen, afbeeldingen, muziek, ….
o EPD/KIS (keten informatie systeem)/HIS (huisartsen informatiesysteem)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
34
Q

Waar bestaat een relationele database uit?

A

tabellen met specifieke informatie
te koppelen met ‘sleutels’
gekoppeld midedls queries
‘platte database’ niet mogelijk bij een EPD

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
35
Q

Welke technische eisen zijn er allemaal te vinden voor een EPD?

A
veiligheid
    - per medewerker
    - toegang
    - code - inloggen - 2 staps verificatie
NAW-gegevens
Medicijngebruik
medische geschiedenis
contactpersonen
behandelplan
agenda
allergieën
artsen
operaties
lab uitslagen
Röntgenfoto's
wel of geen inentingen
anamnese
logboek
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
36
Q

Noem de twee belangrijkste kenmerken van interoperabiliteit (en eisen)

A

eenheid

iedereen heeft dezelfde informatie tot zijn beschikking

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
37
Q

Wat zijn de voordelen van een EPD?

A

Alle gegevens beschikbaar , onafhankelijk van tijd en plaats
slechts eenmalig invoeren
beter registreren
snellere uitwisseling
minder dubbele onderzoeken
betere privacywaarborging
analyse van data (managamentrapportages) ter bervordering van o.a.
- patientveiligheid (bijv. zicht houden op incidenten)
- efficiency
- effectiviteit zorgproces
interne rapportage: voor verbeteren zorg van cliënt en organisatie
externe rapportage: bijv. voor overheid en zorgverzekeraars

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
38
Q

Wat zijn de nadelen van een EPD?

A
Dossier minder volledig
Elkaars fouten overnemen
privacyrisico's
afhankelijkheid van electronica
beveiliging (heel interessant voor hackers)
administratieve lasten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
39
Q

Wat is appropriatie?

A

In de fase van toe-eigening hebben technologie en gebruikers invloed op elkaar.

Door het gebruik bemerk je de invloed van de technologie op je routines en op je gedrag. Die effecten kun je gebruiken om òf je eigen routines (werkproces) te veranderen. (Als voorbeeld: ik had een aantal jaar geleden niet kunnen bedenken dat ik mijn fototoestel tijdens vakanties thuis zou laten en mijn smartphone gebruik.) Òf om ervoor te zorgen dat de technologie net even andere dingen doet, zodat deze (nog) behulpzamer wordt. (Zie bijvoorbeeld de opeenvolgende versies van zorgrobot Phi.)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
40
Q

Hoe wordt de technologie beveiligd binnen een zorginstelling?

A
  • Personeel: screenen, opleiden, risicobewust
  • Fysieke ruimten afsluiten
  • Toegangsveiligheid
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
41
Q

Waar mag de vrij toegankelijke website alleen uit bestaan?

A
  • Geen persoonsgegevens op vrij toegankelijk gedeelte van de website
  • Alleen algemene gegevens opslaan (IP-adres, datum……
  • Slechts gebruikt ter ondersteuning van technische beslissingen en statische gegevens
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
42
Q

Wat staat er op het afgesloten deel van de website?

A
  • Voor eigen gebruik of geanonimiseerd
  • Alleen noodzakelijke gegevens
  • Akkoord privacyverklaring en disclaimer
  • Gezondheidsgegevens en persoonlijke gegevens fysiek gescheiden
  • Via een beveiligde verbinding samengevoegd
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
43
Q

Wat is SSL?

A

Secure Sockets Layer

hierbij wordt iets eerst heen en weer gestuurd voordat je toegang krijgt. het bestaat uit meerdere stappen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
44
Q

Wat betekent e-health volgens WHO

A

“ehealth is the use of information and communication technologies (ICT) for health”

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
45
Q

Wat is de allerbelangrijkste voorwaarde voor IT?

A

Internet toegang

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
46
Q

Wat zijn doelen van de overheid met betrekking tot e-health?

A

Toegang tot medische gegevens (80% chronisch zieken)
Zelfstandig metingen doen (75%)
Online contact met zorgverlener (24u per dag contact met zorgverlener via beeldscherm)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
47
Q

Wat is telemonitoring?

A

Meten en doorsturen van lichaamswaarden naar zorgverlener (bloeddruk, hartslag, etc)
Zorgverlener bepaalt moment van controle/feedback

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
48
Q

Wat is Teleconsultatie (advies)?

A

Advies van deskundige aan patient

Mogelijk n.a.v. telemonitoring data.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
49
Q

Telecoaching (begeleiding)

A

Videocommunicatie (schermzorg)
Uitwisselen van data (tekst, foto’s, etc)
Steeds vaker op basis van doorgestuurde data (self-report/sensor)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
50
Q

Wat is het verschil tussen ehealth, telehealth en telemedicine?

A

Ehealth is niet alleen op afstand
Telehealth (preventief, aanmoedigend en curatief op afstand)
Telemedicine (curatief)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
51
Q

Wat is er nodig om zorg op afstand toe te passen?

A

Producten moeten eenvoudig te bedienen zijn
apparatuur moet geschikt zijn, bijv. juiste (nauwkeurigheid van) metingen
Onderhoud moet duidelijk zijn
voldoende kennis + kunde bij zorgverlener, mantelzorger en cliënt
Voldoende ruimte voor nazorg of frequente monitoring

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
52
Q

Wat zijn risico’s van zorg op afstand?

A

Gebrek aan vertrouwen
privacy schending
niet goed werkende apparatuur/verbinding
verkeerde metingen
niet juist aanbrengen/gebruiken apparatuur
bereikbaarheid zorgprofessional
Geen (goede) uitleg aan zorgvrager / zorgverlener

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
53
Q

Hoe goed uitleg geven over zorg op afstand aan de cliënt?

A

Geduld
voldoende info
passend niveau
laat cliënt het ook voordoen!

54
Q

Belangrijk voor implementatie zorg op afstand?

een organisatie moet eerst helder hebben:

A

De te bereiken doelen
manier waarop technologie plaats krijgt binnen het werkproces
hoe draagvlak creëren bij cliënten en personeel
functioneel programma van eisen voor aan te schaffen technologie

55
Q

Wat zijn voorwaarden voor succesvol gebruik van zorg op afstand?

A

Taken en verantwoordelijkheden alle betrokken vastgelegd
protocollen en procedures beschikbaar
instructie en training betrokkenen (cliënt, callcenter, thuiszorg, etc.)
Afspraken over communicatie en delen van gegevens
waarborging privacy cliënt (thuis, online, servers) –> wetgeving

56
Q

Wat zijn voordelen van zorg op afstand?

A
Toegankelijkheid van zorg vergroten
snel zicht op veranderingen in functioneren
vergroten efficiëntie / tijdsbesparing
tegemoetkoming aan toenemende zorgvraag
gerichtere werkwijze / zorg op maat
zorgvragers kunnen zelftesten uitvoeren
bijdragen aan zelfmanagement cliënt
verhogen kwaliteit van zorg
57
Q

Wat zijn de nadelen van zorg op afstand?

A

Thuisomgeving mogelijk minder optimaal
meer initiatief door (en afhankelijkheid van) zorgvrager
technologie hapert soms
toezicht houden is moeilijk
ontbreken van persoonlijk contact
soms moeilijk te begrijpen voor de zorgvrager
zelftest heeft hogere kans op verkeerde afname
mogelijk extra kosten voor de zorgvrager

58
Q

Wat is een EPD?

A

Softwaretoepassing waarbij medische patiëntengegevens in digitale vorm bewaard en beschikbaar gemaakt worden.
Patiëntengegevens beheerd door 1 organisatie. recht op inzage door patiënten.

59
Q

Voor wie is het EPD

A
Zorgvragers - inzagerecht - patiëntenportaal
zorgverleners - alle disciplines
organisatie
partijen in de zorgketen - verwijzingen
onderzoekers
60
Q

Wat zijn handige functionaliteiten van het EPD?

A

statusvoering - verslag van alle aspecten van het zorgproces
brieven - uitwisseling van informatie met andere zorgverleners
beslissingsondersteuning - ondersteunende informatie zoals protocollen
workflowondersteuning
ordermanagement - bv aanvraag voor diagnostiek
planning

61
Q

Wat is het belang van beschrijven van processen?

A
  • Inzicht – samenhang tussen afdelingen
  • Besturen – kerngetallen, indicatoren
  • Communiceren
  • Verbeteren/ optimaliseren
  • Control – beheersing risico’s
  • Aantonen – nen normen
  • Verantwoorden – wet- en regelgeving
  • Informatievoorziening
62
Q

INK management model in verhouding tot PDCA cyclus

A

Plan:
leiderschap
strategie en beleid

Do:
Management van medewerkers
management van middelen
management van processen

check:
medewerkers
klanten en leveranciers
maatschappij
bestuur en finaciers

act
verbeteren en vernieuwen

63
Q

Leg “management van processen” uit

A

De manier waarop de onderneming vanuit de strategie en het beleid haar processen identificeert, ontwerpt, beheerst en waar nodig verbetert of vernieuwt.

64
Q

Geef van de volgende die soorten processen een voorbeeld:
Primaire processen
Secundaire processen
bestuurlijke processen

A

Directe zorg
begeleiding stagiaires
management

65
Q

Wat is een proces?

A

Een proces is een logische opeenvolging van activiteiten uitgevoerd door zowel mens en/of machines.

66
Q

Wat is een procesmodel en waar bestaat het uit?

A

Een procesmodel bestaat uit een serie diagrammen dat een complex systeem opsplitst in een aantal minder complexe delen.

67
Q

Wat zijn actoren?

A
De actor hadelt/doet/beslist. bijv.
Client
zorgverlener, arts, psycholoog
intaker/zorgbemiddelaar
zorgmanager
wooncorporatie
zorgkantoor
mobiel apparaat, computer of systeem
app of website
domotica- of telemonitoringsysteem
zorgrobot
etc
68
Q

Wat is IDEF?

A

Een methode om processen vast te leggen.

69
Q

Wat is IDEF0?

A

Bij de IDEF0-methode wordt er gegaan naar wat er moet gebeuren met oog op input (links), output (rechts), besturing (boven) en mechanisme (onder).
Dit gebeurt op globaal niveau.

70
Q

Wat is het verschil tussen IDEF0 en IDEF3?

A

IDEF0: Voornamelijk WAT er nodig is of WAT van invloed.
IDEF3: scenario’s beschreven HOE een systeem werkt.

71
Q

Wat is een swimlane diagram?

A

Een flowchart waarin de processtappen en beslissing zijn weergegeven per actor. Zo is duidelijk wie voor welke stap en beslissing verantwoordelijk is.

72
Q

Benoem de 7 stappen voor het modelleren van een proces.

A
  1. verzamelen informatie
  2. identificeren actoren
  3. bepalen input en output
  4. bepalen triggers en (belangrijke) beslismomenten
  5. kiezen geschikte modelleringmethode(n)
  6. opstellen model
  7. Terugkoppeling en aanpassing aan de werkelijkheid (iteratief)
73
Q

Wat is een serious game?

A

Een spel die wordt gebruikt om iemand een bepaalde vaardigheid of kwaliteit aan te leren.

74
Q

Wat is gamificatie?

A

Inzetten van games om gebruikers iets te leren.

75
Q

Op welke fasen van het zorgproces doet serieus gaming beroep?

A

Begeleiding
zorg/behandeling
zelfmanagement

76
Q

Welke doelen heeft serious gaming voor de zorgvrager?

A

activeren
ervaren
therapie

77
Q

Welke doelen heeft serious gaming voor de omgeving?

A

Ervaren/inzicht krijgen

78
Q

Welke doelen heeft serious gaming voor de zorgverlener?

A

Oefenen

ervaren/inzicht krijgen

79
Q

Wat is virtual reality?

A

Een op de computer gesimuleerde wereld waarin je je lijkt te bevinden.

80
Q

Wat is augmented reality?

A

Een technologie die de realiteit en virtuele wereld met elkaar verbindt, door extra digitale inhoud aan het gezichtsveld toe te voegen.

81
Q

Wat is exposure therapy?

A

Stapsgewijs de angstwekkende situatie gaan opzoeken (met VR bril)

82
Q

Wat zijn bijwerkingen/nadelen van VR?

A

hoofdpijn
misselijk
duizelig

83
Q

Wat is immersion?

A

Onderdompeling, fysiek ‘in een andere wereld gezongen worden’. de perceptie in een andere wereld te zijn, heeft psychologische effecten. Geschikt voor bijv. chemotherapie/pijn dragelijker maken.

84
Q

Waar staat HMD voor?

A

Head Mounted Display

85
Q

Wat is een motion capture outfit?

A

Een pak met sensoren erin, om je positie en stand van de lichaamsdelen in de echte wereld terug te kunnen koppelen aan de virtuele wereld.

86
Q

Wat is Haptic/force feedback

A

Aanrakingen en krachten in de virtuele wereld (bv tegen een muur lopen) worden teruggekoppeld aan het lichaam, waardoor deze aanrakingen ook ‘echt’ lijken.

87
Q

Wat zijn potentiële voordelen van VR?

A

Ervaringsgericht en actief leren
Mogelijkheid om dingen te visualiseren
Leren in een omgeving/context die moeilijk is om je in het echte leven voor te stellen
Versterken van de motivatie
mogelijkheid tot het oefenen in samenwerken
flexibiliteit/aanpasbaarheid
Evaluatiemogelijkheden

88
Q

Wat zijn potentiële nadelen van VR?

A
Geen vervanging van de werkelijkheid
Kosten voor ontwikkeling en doorontwikkeling
fysieke klachten 
Grote fysieke ruimte nodig
wifi netwerk
89
Q

Wat is de rol van de G&T vpk icm met VR en serious games?

A

Betrekken in zorgverlening - verpleegkundig process
in deskundigheidsbevordering
Innovatie en implementatie in de organisatie.

90
Q

Wat is een mock-up?

A

Visuele weergave van de website/app, zonder “te bouwen”.

Hierin laat je zien hoe de app er ongeveer uit gaat zien.

91
Q

Wat is een wireframe?

A

Een wireframe is een visueel hulpmiddel om de indeling en (klik)werking van een website/app uit te beelden, als het ware een blauwdruk.

92
Q

Wat is een beta versie?

A

Een complete versie van de app die wordt gebruikt voor testen

93
Q

Wat zijn “bugs”?

A

Fouten in de code van een app

94
Q

Wat is “backend” in app taal?

A

Het voor de gebruiker onzichtbare deel van de app (m.a.w., database / dataverwerking)

95
Q

Wat is een “event” in programmeertaal?

A

Gebeurtenis (waar je programma op kan reageren)

96
Q

Wat is UX?

A

User Experience. Gaat over de ervaringen van de gebruiker op alle gebieden.

97
Q

Wat is UI?

A

Gebruikersinterface gericht op visual design en interface design.

98
Q

Welke programmeertaal is gebruikelijk voor Android OS?

A

Java

99
Q

Welke programmeertaal is gebruikelijk voor iOS

A

Swift, Objective-C

100
Q

Wat is SDK?

A

Software Delevopment Kit (of devkit)

set van ontwikkeltools die als hulpmiddel gebruikt wordt voor het ontwikkelen van een bepaalde applicatie.

101
Q

Wat is een voorbeeld van een SDK?

A

Xcode

102
Q

wat is debugger?

A

(voor het opsporen van fouten en missende elementen in je code)

103
Q

Wat is een interface?

A

Een interface is de koppeling tussen twee systemen om goed met elkaar communiceren. Bijvoorbeeld mens-machine.

104
Q

Wat zijn de vijf stappen voor het ontwerpen van een app? volgens de waterfall methode

A
Requirements?
Design
implementation
testing
maintenance
105
Q

Wat is de agile methode bij app ontwerpen?

A

Design
test
analyze
deffine

herhalen

106
Q

Wat is TTD (test drive design)?

A

Ontwerpmethode gedreven door testcycli

107
Q

Wat zijn de processtappen van het introduceren van een app?

A

Pionier
Plan
Productie
Promotie

108
Q

Wat hoort er bij processtap “Pionier” bij introduceren van een app?

A

Idee
behoefte
concept

109
Q

Wat hoort er bij processtap “Plan” bij introduceren van een app?

A

Features
Schetsen
Budget
Keuzes

110
Q

Wat hoort er bij processtap “Productie” bij introduceren van een app?

A

Design
Platform
Ontwikkeling
Testen

111
Q

Wat hoort er bij processtap “Promotie” bij introduceren van een app?

A

Introductie
Marketing
Meten
Evalueren

112
Q

Wat hoort er bij “idee” bij app conceptualiseren?

A

wat wil je gaan doen?

Wat is probleem? Wat is gat in de markt? Heb dit goed in beeld?

113
Q

Wat hoort er bij “Behoefte” bij app conceptualiseren?

A

waarom wil iemand je app hebben?

Doe marktonderzoek, stakeholder analyse

114
Q

Wat hoort er bij “Concept” bij app conceptualiseren?

A

maak het inzichtelijk en test dit
Maak schetsen en kijk hoe mensen reageren
Pas eventueel aan

115
Q

Wat hoort er bij “Features” bij app plannen?

A

wat moet app kunnen

Ontwerpcriteria –> Plan van Eisen

116
Q

Wat hoort er bij “schetsen” bij app plannen?

A

hoe gaat je app eruit zien?
Denk na over structuur en samenhang elementen
Mockups / Wireframes

117
Q

Wat hoort er bij “budget” bij app plannen?

A

Wat mag het kosten?

118
Q

Wat hoort er bij “keuzes” bij app plannen?

A

Wat is echt belangrijk?

119
Q

Wat hoort er bij “design” bij app creëren?

A

Zet schetsen om in definitief ontwerp

120
Q

Wat hoort er bij “Platform” bij app creëren?

A

Waar ga jij je app ontwikkelen?

121
Q

Wat hoort er bij “ontwikkeling” bij app creëren?

A

Programmeur gaat aan de slag

122
Q

Wat hoort er bij “testen” bij app creëren?

A

voorkom fouten

123
Q

Wat hoort er bij “introductie” bij app lanceren?

A

Introduceer je app goed op de markt

124
Q

Wat hoort er bij “Marketing” bij app lanceren?

A

heb dit goed voor elkaar, huur eventueel een expert in. goed op de markt zetten.

125
Q

Wat hoort er bij “meten” bij app lanceren?

A

Weet wat werkt en wat niet

126
Q

Wat hoort er bij “evalueer” bij app lanceren?

A

wat vond men ervan, wat kan beter?

127
Q

Ontwerp stappen in ontwikkelaars termen?

A
Copcept
Mockup
Wire-frame
Alpha
Beta
Launch (v.1)
Update (v.2, etc)
128
Q

Wat zijn de kernpunten van het EPD?

A
  • Beleid en organiseren
  • Beheren
  • Beveiligen
  • Registreren
  • Continuïteit garanderen
129
Q

wat zijn mogelijke bezwaren van het ECD?

A
  • toename van de administratieve lasten voor de medewerkers die er dagelijks mee werken;
  • het ECD wordt een doel op zich in plaats van een ondersteunend computerprogramma;
  • cliënten vragen zich af of hun privacy voldoende gewaarborgd is. Het is belangrijk dat de organisatie waterdichte afspraken maakt over wie het dossier mag inzien en wie de bevoegdheid heeft gegevens in te voeren/te wijzigen;
  • zorgverleners zijn niet altijd computervaardig. Zorgverleners geven aan dat ze wel voor een kantoorbaan hadden gekozen als ze de hele dag achter de computer wilden zitten.
130
Q

Wat zijn functies en doelen van het ECD?

A
  • vastleggen van cliëntkenmerken, gezondheids-, ziekte- en zorggegevens;
  • plannen van het zorgproces op basis van een door de cliënt of diens directe omgeving aangegeven gezondheidsprobleem of zorgvraag;
  • ondersteunen van de besluitvorming in het zorgproces. Het ECD geeft informatie op basis waarvan een hulpverlener in het kader van een behandelplan beslissingen ten aanzien van de gezondheidssituatie van een cliënt kan nemen;
  • vastleggen van het zorgproces (wie heeft wanneer wat gedaan en op welke manier?);
  • volgen van het zorgproces;
  • ondersteunen van de besluitvorming van het management van de zorginstelling, de koepelorganisatie of het ministerie;
  • inzicht krijgen in de eigen gezondheidssituatie door de cliënt.
131
Q

Hoe gaat de implementatie van het EPD?

A
  • Taken en verantwoordelijkheden
  • Protocollen en procedures
  • Instructies en trainingen
132
Q

Wat is het ontwerpproces van een flowchart?

A
Fase 1 Oriëntatie
Fase 2 Analyse
Fase 3 Ontwerp
Fase 4 Detaillering
Fade 5 Realisatie