inleiding Flashcards
mycologie
bestudeerd de aandoeningen die rechtstreeks of onrechtstreeks door fungi veroorzaakt worden
saprofiet
leven van dood materiaal
rechtstreeks benadelen
schimmels komen zelf in een persoon terecht
onrechtstreeks benadelen
toxines van een schimmel worden opgenomen
mycosen
rechtstreeks binnendringen bij de gastheer en er parasiteren
allergieën
fungische elementen die allergeen zijn voor gevoelige personen
mycetisme
door het innemen van toxische schimmels (paddenstoelen)
mycotoxicose
innemen van fungische toxines die na saprofytaire groei zijn ontstaan
hyfen
schimmeldraden, groeien apicaal
mycelium
=thallus
geheel van de hyfen
endosporen
hoort bij aseksuele sporen. hierbij worden de sporen tegelijkertijd gevormd in een compartiment
thallische conidiosporen (=conidia)
hoort bij aseksuele sporen. deze worden afzonderlijk gevormd uit een stuk mycelium.
blastische conidiosporen(=conidia)
hoort bij aseksuele sporen. deze worden gevormd uit sporenvormende of conidiogene cellen.
conidiofoor
steel waarop de conidia wordt ontwikkelt. kan een conidiogene cel zijn of er een dragen.
sporangiofoor
een steel die een sporangium draagt.