Brainscape's Knowledge GenomeTM

Browse over 1 million classes created by top students, professors, publishers, and experts.


See full index

Nederlands > Latijnse en Griekse woordenschat > Flashcards

Latijnse en Griekse woordenschat Flashcards

1
Q

alma mater

A

hogeschool/universiteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

in spe

A

in wording

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

conditio sine qua non

A

noodzakelijke voorwaarden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

persona non grata

A

niet welkom/ongewenst

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

in extremis

A

in de laatste ogenblikken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

deus ex machina

A

onverwachte ontknoping/wending

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

nil volentibus arduum

A

niets is moeilijk voor hen die willen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

vini, vidi, vici

A

ik kwam, ik zag en ik overwon

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

bilateraal

A

tweezijdig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

contradictie

A

tegenstreidigheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

diameter

A

doorsnede

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

euthanasie

A

milde dood

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

xenofobie

A

angst voor vreemdelingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

telegraaf

A

toestel om boodschappen te schrijven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

homogeen

A

zelfde groep

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

internationaal

A

tussen verschillende landen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

geo

A

aarde

18
Q

kleptomanie

A

steel dwang

19
Q

monopolie

A

alleenrecht

20
Q

multivitaminen

A

veel vitaminen

21
Q

pantheïsme

A

alles is goed

22
Q

polygamie

A

meerdere partners hebben

23
Q

pseudoniem

A

schuilnaam

24
Q

bioscoop

A

film kijken

25
Q

synchroon

A

samen met de tijd

26
Q

agorafobie

A

angst voor open ruimtes

27
Q

arachnofobie

A

angst voor spinnen

28
Q

aritmomanie

A

tel dwang

29
Q

canifobie

A

afkeer voor vlees

30
Q

claustrofobie

A

angst voor kleine, afgesloten ruimtes

31
Q

fobiofobie

A

angst voor angst

32
Q

nomofobie

A

angst om onbereikbaar te zijn door gsm

33
Q

triskaidekafobie

A

angst voor het getal 13

34
Q

hippopotomonstrosesquipedaliofobie

A

angst voor lange woorden

35
Q

luposlipafobie

A

angst om achtervolgd te worden door wolven rond een keukentafel terwijl je sokken draagt op een pas in de was gezette vloer

36
Q

cogito ergo sum

A

ik denk, dus ik ben (descartes)

37
Q

carpe diem

A

pluk de dag

38
Q

ad astra per aspera

A

via moeilijkheden naar de sterren

39
Q

memento mori

A

gedenk te sterven/gedenk je sterfdag

40
Q

argumentum ad hominem

A

op de man spelen/argument tegen de mens (-> argument dat niet klopt)

41
Q

e pluribus unum

A

uit velen één/samen sterk

Nederlands (2 decks)

Brainscape helps you reach your goals faster, through stronger study habits.
© 2024 Bold Learning Solutions. Terms and Conditions