Sociologie Flashcards

1
Q

Kosten zorg in Nederland (17 miljoen inwoners):

A
  • Bruto binnenlands product: Ongeveer 700 miljard euro
  • Uitgaven aan de zorg: €70 miljard
    o Ongeveer 10% van het BBP
  • Totaal aantal werkenden in de zorg: 1,1 miljoen mensen
  • Nederland geeft samen met Zweden en Denenmarken het meeste geld uit aan zorg in Europa
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

4 stelsel wetten

A
  1. de zorgverzekeringswet ZVW
  2. wet langdurige zorg WLZ
  3. wet maatschappelijke ondersteuning 2015
  4. Jeugdwet
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q
  1. Zorgverzekeringswet (ZVW):
A
  • Voor iedereen die in Nederland woont of werkt verplicht een basisverzekering te hebben
  • Doel: Zorg gericht op genezing (Cure)
  • Financiering:
    o Iedereen betaalt een nominale premie
    o De overheid betaalt premie tot 18 jaar
    o Iedere verzekerde heeft een verplicht eigen risico
    o Inkomstenafhankelijke bijdrage voor werkgevers en werknemers
    o Voor mensen met laag inkomen krijgen een zorgtoeslag - Ook studenten
  • De wet wordt uitgevoerd door onderling concurrerende private zorgverzekeraars
  • Sinds 01 januari 2006
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Uitgangspunten:

A

Risicosolidariteit

  • Overheid stelt basispakket samen
  • Verbod op premiedifferentiatie

Inkomenssolidariteit

  • Acceptatieplicht
  • Inkomensafhankelijke bijdrage
  • -> In Nederland is een brede collectieve zorg ruim verzekerd
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Acceptatieplicht =

A

Zorgverleners moeten ingezetenen accepteren voor de basisverzekering.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Zorgplicht =

A

Zorgverzekeraars moeten de zorg verlenen die wettelijk in de basisverzekering is geregeld.
–> Verzekeraars mogen geen verschillende premies vragen op basis van gezondheidskenmerken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat wordt vergoed:

A
  • Geneeskundige zorg door huisartsen, verloskundigen en medische specialisten
  • Wijkverpleging
  • Verblijf in het ziekenhuis
  • Geneesmiddelen
  • Tandheelkundige zorg tot 18 jaar
  • Diëtetiek
  • Fysiotherapie
  • Medische hulpmiddelen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Polis soorten:

A
  1. Restitutiepolis
    a. Vrije keuze in zorgaanbieder en krijgt alle zorg vergoed
  2. Zorg in natura (Naturapolis)
    a. Zorg waarmee de verzekeraar een contract heeft afgesloten krijgt iemand 100% vergoed
    b. Van de zorg die niet gecontracteerd is krijgt de verzekeraar een deel (meestal 80%)
    c. Steeds meer wordt deze polis vorm aangeboden
  3. Combinatiepolis
    a. Mag je sommige zorg zelf kiezen
  4. Budgetpolis (Of selectiefpolis)
    a. Keuze uit zeer beperkt aantal ziekenhuizen
    b. Voor herhaalrecepten gebruik maken van internetapotheek
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Besluit zorgverzekering:

A

Artikel 2.6
Lid 1. Paramedische zorg omvat fysiotherapie, oefentherapie, logopedie, ergotherapie en diëtetiek
Lid 9. Diëtetiek omvat zorg zoals diëtisten die plegen te bieden, mits de zorg een geneeskundig doel heeft, tot een maximum van drie behandeluren per kalenderjaar.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q
  1. De Wet van Langdurige Zorg (WLZ)(2015):
A
  • Doel: Vergoeden van curatieve zorg
    o Vervangt Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ)
  • Voor mensen die permanent toezicht hebben zoals ouderen met dementie, ernstig
    verstandelijke of lichamelijk handicap, langdurige psychiatrische aandoeningen
  • Financiering: Verplichte zorgverzekering op basis van solidariteit, iedereen die
    inkomstenbelasting betaalt, draagt bij.
    o In eerste 6 maanden na het ontvangen van de indicatie betaalt men de ‘lage
    bijdrage’ in 2017
    o Lage eigen bijdrage: Minimaal 160,80 en maximaal 842,60 per maand
    o Hoge eigen bijdrage: Maximaal 2312,60 per maand
    o Na de eerste zes maanden hangt het van de financiële middelen, zorgindicatie
    leeftijd en persoonlijke situatie van de cliënt
    Wie gebruik wil maken van deze zorg moet zich melden bij het Centraal Identicatie orgaan Zorg. Zij bepalen welke zorg iemand nodig heeft en geven een indicatie in een nummer. Er wordt afgewogen of iemand de zorg thuis kan ontvangen, of naar een instelling moet. Er bestaan 51 zorgzwaartepakketten. Het omvat wonen, zorg, diensten, en eventueel; dagbesteding
  • Verpleging en verzorging kent 10 zwaartepakketen van 1 t/m 10
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Financiering:

A
  • Burgers betalen eigen bijdragen en een inkomensafhankelijke premie, op salarisstrook bij
    premie volksverzekeringen komt het fonds langdurige zorg. Dit fonds wordt beheerd door
    het Zorginstituut Nederland (ziNL)
  • De meeste instellingen worden via het CAK betaald. Behalve als mensen een PGB
    (persoonsgebonden budget) hebben en zelf zorg inkopen om bv thuis te worden
  • Bkk = bijdrage in de kosten van kortingen (compensatie vanuit de overheid na de
    belastinghervorming van 2001)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q
  1. Wet Maatschappelijke ondersteuning (WMO)(2015):
A
  • Doel: Mogelijk maken voor mensen om langer thuis te kunnen blijven wonen en te
    participeren
  • Focust op ondersteuning
  • Voor mensen met een beperking, bijvoorbeeld mensen met een lichamelijke, verstandelijke of psychische beperking die 24-uurs zorg nodig hebben
  • Financiering: Gemeenten krijgen geld via het gemeentefonds
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q
  1. Jeugdwet (2015):
A
  • Doel: Gebruik maken van de eigen kracht van jeugdigen, ouders en hun sociale netwerk. Het
    belangrijk dat zij de regie blijven houden over hun leven. En dat ze samen met hun eigen
    omgeving en professionele hulpverleners naar oplossingen zoeken
  • Voor kinderen tot 18 jaar, en hun families bij opgroei, opvoedings- en psychische problemen
  • Financiering: Geldstroom identiek aan WMO
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Specificatie zorgkosten

A
Uitgaven perjaar
- overige: 7 miljard
- WLZ: 19 miljard
- ZVW: 44 miljard
Totaal 70 miljard
financiering
- overheid: 7 miljard
- eigenbijdragen 2 miljard
- overheid: 17 miljard
- bijdrage overheid: 3 miljard
- premies zorgverzekeringen: 16 miljard
- werkgeversbijdragen: 21 miljard
totaal 70 miljard
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Grondwet en Internationale verdragen: 1. Kwaliteitszorg:

A
o Zorginstellingen (KZI)
o Zorgverleners (BIG)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Grondwet en Internationale verdragen:

2. Toezicht:

A

o Inspectie gezondheidzorg (IGZ)
- Toezicht op kwaliteit, veiligheid en toegankelijkheid van de zorg
o Nederlandse zorgautoriteit
- Toezicht op uitvoering van het beleid
- NZa beschermt de consument door het bewaken van zijn keuzevrijheid,
rechtspositie, de betaalbaarheid
o Autoriteit consument en markt
- Toezicht op concurrentie en marktwerking in de zorg. Dit gebeurt op basis van de Mededingingswet

17
Q

Grondwet en Internationale verdragen:

3. Kwaliteitswet zorginstellingen (KWZ):

A

o Prestatie-indicatoren-doel effectieve borging kwaliteit van de zorg
Vb. Prestatie-indicator ondervoeding
o Verplicht zorginstellingen hun eigen kwaliteit te bewaken, te beheersen en te
verbeteren

18
Q

Grondwet en Internationale verdragen:

4. Wet BIG:

A

o = Wet op de Beroepen in de Individuele Gezondheidszorg
 Hierin staan opleidingseisen en deskundigheidsgebied van de beroepen vast  Titelbescherming en registratie
 Regeling van specialismen (Worden wettelijk erkend)
 Tuchtrecht en strafbepaling
 Voorbehouden handelingen
o Doel: Bevorderen en bewaken van de kwaliteitszorg en het beschermen van de patiënt tegen ondeskundig en onzorgvuldig handelen door de beroepsbeoefenaren
o Diëtist is artikel 34 beroep

19
Q

WTZi = Wet Toelating Zorginstellingen

A
  • Valt samen met het ZVW en het WMG (= Wet Marktorderning Gezondheidszorg)
    o Bevat marktfalen: Een aantal kenmerken die haar effectiviteit ondergraven
    - De consument-patiënt is niet goed geïnformeerd
    - Het is irrationeel
    - Mensen verzekeren zich tegen ziektekosten
     Verzekeren tegen ziektekosten is moeilijk: o Risicoselectie door verzekeraars o Moreel risico (Moral Hazard)
    o Onverzekerbare risico’s
     Dus de overheid grijpt in
20
Q

Vraagkant:

A
  • Hoe meer welvaart, hoe meer vraag naar zorg
  • Bevolking wordt steeds ouder
  • Medicalisering
21
Q

Aanbodkant:

A
  • Steeds meer medisch-technische mogelijkheden
  • Informatievoorsprong van zorgverlener t.o.v. zorgvrager en
    zorgverzekeraar (asymmetrische informatie)
    o Vb. Asymmetrische informatie: ‘Ziekenhuizen declareren tientallen miljoenen aan onnodige
    ingrepen’
  • Machtpositie zorgverleners
  • Arbeidsintensieve zorgverlening is in verhouding tot industrie- en landbouwproducten steeds duurder geworden
22
Q

Honoreringssystemen medische beroepsbeoefenaars:

A
  1. Verrichtingensysteem
    = De marginale opbrengst
    - Wanneer het verrichtingentarief hoger is dan de marginale kosten van een extra verrichting, geeft dit zorgverleners een financiële prikkel ondervinden om zo min mogelijk vraag naar zorg te genereren
  2. Abonnementshonorarium
    = De aan het fonds verbonden arts moet per jaar een vast bedrag per ziekenfondslid in zijn praktijk krijgen als basisinkomen.
    - Salarissysteem
    - Diëtist: Verschillende soorten honorering