Taalschat Blok 3 Flashcards
1
Q
Attribuut
A
Vast kenmerk
2
Q
Chronisch
A
Voortdurend
3
Q
Diverse
A
Verschillende
4
Q
Hilariteit
A
Vrolijk, gelach
5
Q
Hiërarchische
A
Met opeenvolging van rangen
6
Q
Isiolatiemateriaal
A
Materiaal dat geluid en warmte vasthoud en/of tegenhoudt
7
Q
Junkfood
A
Goedkoop gemaksvoedsel (zonder voedingswaarde)
8
Q
Karikaturen
A
Spotsprenten
9
Q
Markeren
A
(De grenzen) Aangeven
10
Q
Offensief
A
Aanval, hard optreden
11
Q
Passiviteit
A
Gelatenheid, (het) niet handelen
12
Q
Sociaalpsycholoog
A
Iemand die sociale probleem bestudeert
13
Q
Interactie
A
Contact, wisselwerking
14
Q
Factoren
A
Omstandigheden die invloed hebben op de uitslag (uitoefenen)
15
Q
Aantijging
A
Verdachtmaking