Week 7 Flashcards

1
Q

Raakvlakken met Europees recht

A

In een bestuursrechtelijke procedure kan een eiser betogen dat een besluit in strijd is met Europees recht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

EU-recht (6)

A
  • M.n., VEU, VWEU, Verordeningen en richtlijnen, op het gebied van marktordening (vrij verkeer), milieubeleid, natuurbescherming, vreemdelingenrecht, socialezekerheidsrecht en Europese subsidies.
  • De EU is een supranationale samenwerkingsvorm.
  • EU-recht heeft rechtstreekse werking -> het vormt een eigen, gemeenschappelijke Europese rechtsorde.
  • De burger kan zich in een nationale procedure beroepen op EU-recht.
  • De bestuursrechter kan prejudiciële vragen stellen aan het HvJEU.
  • Beroep bij het HvJEU is alleen mogelijk in uitzonderlijke gevallen, bijv. een staatssteunbeschikking of sanctiebesluit van de Europese Commissie.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

EVRM (7)

A
  • EVRM bevat grondrechten, zoals het recht op vrijheid van meningsuiting en het recht op eigendom.
  • Burgers kunnen zich voor de rechter beroepen op internationaal recht als sprake is van een ieder verbindende bepaling (art. 93 en 94 Gw).
  • De bepalingen van het EVRM worden in het algemeen aangemerkt als eenieder verbindend.
  • Aan de bepalingen van het EVRM komt dan ook voorrang toe boven nationaal recht.
  • De burger kan zich in een nationale procedure beroepen op het EVRM.
  • Nadat de hoogste bestuursrechter uitspraak heeft gedaan, kan de burger een klacht indienen bij het EHRM.
  • Sinds januari 2019 kan de hoogste bestuursrechter ook ‘advisory opinions’ aan het EHRM vragen over de interpretatie van het EVRM.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Raakvlakken met civiel recht

A

> Uitgangspunt: de bestuursrechter is krachtens de wet bevoegd om te oordelen over de rechtmatigheid van appellabele besluiten -> dus moet je die besluiten ook aanvechten.

> Civiele rechter is restrechter:
- Als geen sprake is van een appellabel besluit, bijv. een onrechtmatige daadsactie tegen:
* een algemeen verbindend voorschrift.
* feitelijk handelen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Civiele rechter - bevoegdheid en ontvankelijkheid:

A
  • Objectum litis-leer: als een beroep wordt gedaan op een regel van burgerlijk recht (meestal onrechtmatige daad) dan is de burgerlijke rechter bevoegd.
  • Een eiser is echter niet-ontvankelijk in zijn vordering als er een ‘met voldoende waarborgen omklede bestuursrechtelijke rechtsgang openstaat’.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Formele rechtskracht:
Stel: de intrekking van een vergunning leidt tot grote schade. Kan de burger die de beschikking niet aanvecht wel schade bij de civiele rechter claimen op basis van een onrechtmatige daadsactie?

A
  • De civiele rechter is bevoegd.
  • De burger is ontvankelijk.
  • Het uitgangspunt is dat de burger die bestuursrechtelijke rechtsmiddelen kan aanwenden tegen een besluit daarvan gebruik moet maken.
  • Doet de burger dat niet of heeft hij dat wel, maar niet succesvol gedaan, dan heeft het besluit formele rechtskracht.
  • Dat betekent dat de civiele rechter uitgaat van de rechtmatigheid van het besluit.
  • Een vordering tot schadevergoeding is dan zo goed als kansloos.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Beginsel van loyale samenwerking

A

in art. 4 lid 3 Verdrag betreffende de EU (VEU). is een heel algemeen principe dat een wederkerig karakter kent. Niet alleen de nationale overheden moeten loyaal zijn aan Europa, maar Europa moet ook loyaal zijn aan de nationale overheden. Als dit niet is kan het Europese recht niet goed van de grond komen.

Loyale samenwerking (art. 4 lid 3 Verdrag betreffende de Europese Unie) !Positieve en negatieve verplichting(en):
- Treffen van alle noodzakelijke maatregelen
- Faciliteringsplicht
- Verbod op het in gevaar brengen van Europese doelstellingen
!Beginsel richt zich tot alle overheidsorganen!
!Beginsel is “wederkerig”: de gemeenschapsinstellingen moeten ook samenwerken met de nationale overheden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Gedeeld bestuur

A

Het meest opmerkelijke aan bestuursrechtelijke bestuur van Europa is dat het geen federaal bestuur kent. Procedurele autonomie –> Europese rechtsorde steunt op de nationale organisaties. Dat houdt in dat binnen Europa nationale bestuurlijke organisaties twee petten op hebben, een Europese en een Nationale pet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly