Woordjes D1 ER2+ER3 Flashcards
1
Q
een sfeer
A
une ambiance
2
Q
een concert
A
un concert
3
Q
een wedstrijd
A
un concours
4
Q
een evenement, een gebeurtenis
A
un évènement
5
Q
een idee
A
un idee
6
Q
een festival
A
un festival
7
Q
een project
A
un projet
8
Q
een talent
A
un talent
9
Q
het bezoek
A
la visite
10
Q
onvergetelijk
A
inoubliable
11
Q
muzikaal
A
musical(e)
12
Q
deelnemen aan
A
participer à
13
Q
selecteren
A
sélectionner
14
Q
zich inschrijven
A
s’inscrire
15
Q
een sfeer creëeren
A
créer une ambiance
16
Q
op zoek gaan naar
A
partir à la recherche de
17
Q
een onvergetelijk moment beleven
A
passer un moment inoubliable
18
Q
zijn kandidatuur indienen
A
rentrer sa candidature
19
Q
een activiteit
A
une activité
