1 A joint birthday party Flashcards
(33 cards)
1
Q
Joint
A
Gezamenlijk
2
Q
To put up
A
Ophangen
3
Q
Decorations
A
Versieringen
4
Q
Party hat
A
Feestmuts
5
Q
Game
A
Spelletje
6
Q
Candle
A
Kaars
7
Q
Cake
A
Taart
8
Q
Piece
A
Stuk
9
Q
To wait
A
Wachten
10
Q
To bring
A
Meenemen
11
Q
Present
A
Cadeau
12
Q
Invitation
A
Uitnodiging
13
Q
To post
A
Posten
14
Q
Advantage
A
Voordeel
15
Q
Delicious
A
Heerlijk
16
Q
Roll
A
Broodje
17
Q
Jelly
A
Soort jam
18
Q
To stuff oneself
A
Zich volproppen
19
Q
To Carry on
A
Doorgaan
20
Q
Sick
A
Misselijk
21
Q
Lovely
A
Heerlijk
22
Q
Disaster
A
Ramp
23
Q
To finish
A
Opeten
24
Q
Let’s try a piece of cake
A
Laten we een stuk taart proberen
25
Wait until the party starts
Wacht tot het feest begint
26
I think it's beter if we eat a bit now
Ik denk dat we beter nu wat kunnen eten
27
It's already quarter past eigth!
Het is al kwart over 8!
28
You're going To stuff yourself!
Je zit jezelf vol te proppen
29
I think you should stop
Je moet ermee ophouden
30
If you Carry on, you Will be sick
Als je zo doorgaat word je misselijk
31
You should eat Some cake
Je moet wat taart eten
32
I really don't understand
Ik begrijp er echt niks van
33
It's not a complete disaster
Zo erg is het nou ook weer niet
