1. de chemie van de cel Flashcards
(18 cards)
polariteit
water
e- niet gelijk verdeeld: EN(O) > EN(H)
=> O trekt meer e- naar zicht toe
=> O: gedeeltelijk negatief geladen
H: gedeeltelijk positief geladen
cohesie
onderlinge aantrekkingskracht tussen moleculen van eenzelfde stof
gevolgen cohesie
water
grote oppervlaktespanning
hoog kookpunt
hoge specifieke warmte
hydratatie
negatief ion
wordt helemaal omringd door H2O
=> positieve deelladingen (H-atomen) richten naar ion
hydratatie
positief ion
wordt omringd door het negatief deel van watermoleculen (O-atoom)
hydratatie
polair molecule
gedeeltelijk omringd door H2O
hydrataie
apolair molecule
geen elktrostatische reactie
=> met elkaar interageren ipv oplossen
eiwitten
structuur
polymeren van aminozuren
< C + carboxylgroep + aminogroep + H + R-keten
suikers
structuur
aaneenschakeling van monosacchariden
< aldehyde/keton groep + min 2 hydroxulgroepen + 3-7 C
nucleïnezuren
structuur
DNA < desoxy-D-ribose + fosfaatgroep + organische base (A,G,C,T)
RNA < D-ribose + fosfaatgroep + organische base (A,G,C,U)
vetten
soorten (6)
- vetzuren
- triglyceriden
- fosfolipiden
- glycolipiden
- steroïden
- terpenen
vetten
vetzuren
< apolaire alkaan / alkeen + carboxylgroep
vetten
triglyceriden
< C3H8O3 + 3 vetzuren
vetten vs olien
vetten
fosfolipiden
< C3H8O3 + 2 vetzuren + fosfaatgroep (+ R-keten)
vetten
glycolipiden
< sfinosine + vetzuur + 1-6 suikers
amfipathisch
vetten
steroïden
< 4 ringstructuren
bv cholesterol
vetten
terpenen
< isoprenen
ATP
= adenosinetrifosfaat
< ribose + adenosine + 3 veresterde fosfaten