Boek hoofdstuk 2.2 Aanpassingen aan de primaire levensbehoeften Flashcards

1
Q

Wat is een habitat?

A

Een plek waar een dier leeft en voldoet aan zijn primaire levensbehoeften (voedsel, water, beschutting, partner)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat voor tanden hebben carnivoren? (vleeseters)

A

knipkiezen met scherpe punten (als een schaar)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wat voor tanden hebben herbivoren? (planteneters)

A

Alleen voortanden in onderkaak.

Verder snijtanden en plooikiezen in onderkaak die kunnen afbijten resp fijnmalen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

wat is een ander verschil tussen vleeseters en planteneters?

A

darmstelsel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

hoe staan ogen bij prooidieren?

A

meer zijwaarts (konijn, muis, ree etc), groter gezichtsveld, minder diepte zien

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is camouflage?

A

aanpassingen waardoor dieren niet snel gezien en herkend worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hoe noem je het dat organismen een gelijkenis hebben, maar niet verwant zijn?

A

mimicry

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

welke vogels zijn nestvlieders?

A

weidevogels. Zij zijn kwetsbaar in het open veld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Hoe noemen we de jongen van vogels die broeden op hoogte?

A

Nestblijvers

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

vertel over mieren

A

koningin - zorgt voor nakomelingen
werksters - voedsel, brengen jongen groot, nest in stand
soldaten - verdedigen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Vertel over bijen

A

koningin - zorgt voor nakomelingen
werksters - voedsel, brengen jongen groot, nest in stand
darren - bevruchten de koningin

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly