Hfdst 6, 3/5 Flashcards

1
Q

Wat zijn de 2 voorwaarden voor hormonen om te kunnen werken?

A

Dat er een receptor aanwezig is: Androgenenreceptoren, oestrogeenreceptoren en progesteronreceptoren + dat deze functioneel is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Waar liggen de hormoonreceptoren?

A

In het cytoplasma of de kern van de receptieve cel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is het stappenplan van de werking van steroïden? (3)

A
  1. Steroïden dringen door plasmamembraan
  2. Receptoren aanwezig in cytoplasma
  3. Hormoonreceptorcomplex dimeriseert en begeeft zit naar de kern (bindt aan herkenningssequentie in DNA, eentranscriptie, verandering in eiwittranslatie die cellulaire respons opwekt)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Waar staat CAIS voor?

A

Testiculair feminsitatiesyndroom of complete androgeeninsensitiveitssyndroom

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat gebeurt er bij CAIS? (6 stappen)

A

Ongevoeligheid voor androgenen -> genetisch mannelijk (SRY) -> vrouwelijk fenotype maar toch testes -> dus productie AMH -> geen vorming uterus en eileiders -> uitwendige vrouwelijke geslachtsontwikkeling met blindeigende vagina

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Waar komen hormoonverstoorders voor en wat veroorzaken ze?

A

In het milieu, natuurlijke en antropogene chemicaliën die de hormonale balans vh lichaam verstoren door werking hormonen na te bootsen, inhaleren of wijzigen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat zijn de concrete gevolgen van hormoonverstoorders?

A

Problemen met voortplanting, ontwikkeling, groei, hersen- en immuunfuncties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Geef een paar voorbeelden waar hormoonverstoorders voorkomen

A

Productie van alledaagse voorwerpen: plastic flessen, voedselverpakkingen, binnenzijde conservenblikken, detergenten, speelgoed, kosmetica

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Welk type ‘geslacht’ komt na het hormonaal geslacht?

A

Fenotypisch of morfologisch geslacht, primaire en secundaire geslachtskenmerken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly