Insurance Flashcards
1
Q
een volledig verlies
A
a total write-off/ a total loss
2
Q
een verzekering alle risico’s
A
an all-risk insurance/a comprehensive insurance
3
Q
de schade inschatten
A
to assess the damage
4
Q
een schade-expert
A
a loss adjuster
5
Q
verzekeren, dekken
A
to cover/ to insure
6
Q
aansprakelijkheid afwijzen
A
to disclaim liability
7
Q
een brandverzekering
A
a fire insurance
8
Q
een verzekeringsmakelaar
A
an insurance broker
9
Q
een verzekering
A
an insurance
10
Q
een verzekeringsmaatschappij
A
an insurance company
11
Q
een verzekeringspremie
A
an insurance premium
12
Q
een verzekeringspolis
A
an insurance policy
13
Q
tegen verlies of schade verzekeren
A
to insure against loss or damage
14
Q
aansprakelijkheid
A
liability
15
Q
een levensverzekering
A
a life insurance
