thema 5 toepassingen -> triviale namen Flashcards
1
Q
methaan
A
aardgas
2
Q
flessengas
A
Propaan/n-butaan
3
Q
mengsel van alkanen
A
wasbenzine/white spirit
4
Q
mengsel van vaste alkanen
A
paraffine
5
Q
Plantenhormoon: zorgt voor rijping van vruchten
A
etheen/ethyleen
6
Q
verdovingsmiddel
A
trichloormethaan of chloroform
7
Q
Polyvinylchloride of pvc
A
chloorethaan of vinylchloride
8
Q
Zeer giftige vloeistof, brandstof
A
methanol of brandspiritus
9
Q
Alcohol, ontsmettingsmiddel
A
ethanol of drankalcohol
10
Q
oplosmiddel
A
Propanon of aceton
11
Q
Formol: gebruikt voor bewaren van dieren
A
methanal of formaldehyde
12
Q
Explosief, anestheticum (verdovingsmiddel)
A
ethoxyethaan, di-ethylether of ether
13
Q
Prikkelende geur, kan huid aantasten; mieren, bijen en wespen; brandnetel, brandend gevoel
A
methaanzuur of mierenzuur
14
Q
huishoudazijn
A
ethaanzuur of azijnzuur
