Embryologie week 7 Flashcards

1
Q

Wat maakt bloedcellen aan in het embryo?

A

De dooierzak, en als deze verdwijnt, nemen de placenta en AGM dit over.
Daarna worden de meeste bloedcellen in de lever gemaakt.
Vanaf het tweede trimester begint dit in het beenmerg.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Door welke 2 processen worden bloedvaten gevormd?

A
  • Vasculogenese: vorming bloedeilandjes -> endotheel blaasjes -> fuseren tot vaatjes.
  • Angiogenese: er bestaat al een klein vatenstelsel. Door spreiding uit bestaande vaatjes ontstaan nieuwe vaten.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zijn de belangrijkste vaten in het vroege embryo?

A
  • Primitieve navelstreng (arteria en vena umbilicalis)
  • Arterieel systeem met dorsale aorta, verbonden met het hart via kieuwboogarteriën en ventrale aorta.
  • Veneus systeem met vena cardinalis anterior, communis en posterior.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is de ductus venosus?

A

Tijdelijke verbinding tussen de vena umbilicalis en de vena cava, zodat het zuurstofrijke bloed van de placenta niet door het veneuze vaatbed van de lever hoeft. Na geboorte wordt dit ligamentum venosum.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Hoe ontstaat het hart?

A

Buis (gaat krommen) -> linker en rechter buis -> tweekamer hart -> vierkamer hart

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welke 2 aanpassingen heeft het embryonale hart vergeleken met het menselijk hart.

A
  • Ductus botalli: opening tussen rechter ventrikel en aorta (longen werken nog niet).
  • Foramen ovale: opening tussen rechter en linker atrium (zodat linker ventrikel wel kan pompen).
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hoe wordt de aanleg van het hart genoemd?

A

Cardiogeen mesoderm

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Uit welke 3 lagen bestaat de primaire hartbuis?

A
  • Endocard (binnenkant)
  • Endocardgelei (tussenin)
  • Myocard (buitenkant)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Welke onderdelen zijn te onderscheiden in het hart, aan het einde van week 4?

A
  • IFT: instroomkanaal
  • ERA en ELA: rechter en linker atria
  • AVC: atrioventriculaire kanaal
  • ELV en ERV: linker en rechter ventrikels
  • OFT: uitstroomkanaal
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat gebeurt er in week 5 met het hart?

A

Atrioventriculaire kanaal moet gesplitst worden, zodat het linker atrium aansluit op het linker ventrikel en het rechter atrium op het rechter ventrikel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hoe vindt scheiding van het uitstroomkanaal plaats?

A

Endocard richels groeien uit tot septum spirale. Zo ontstaan 2 uitstroomkanalen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Welke veranderingen vinden plaats na de geboorte?

A
  • Foramen ovale sluit door lagere druk in rechter atrium.
  • Ductus arteriosus sluit onder invloed van zuurstof.
  • Ductus venosus sluit, 3-7 dagen na geboorte.
  • Arteria umbilicalis wordt ligamentum umbilicalis medialis.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly