huur Flashcards

1
Q

huur

A

het contract waarbij een verhuurder aan een huurder voor een bepaalde zijn het genot ve zaak belooft, tegen betaling van een prijs

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

plichten vd verhuurder

A
  1. het verhuurde goed leveren
  2. het verhuurde goed onderhouden
  3. vrijwaring
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

verhuurder staat niet in voor :

A
  • verfraaiingskosten waar duurder toe beslist
  • werken ivm brandveiligheid
  • herbouw
  • herstelling door fout vd huurder
  • huurherstellingen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

plichten vd huurder

A
  1. de zaak met voldoende huisraad stofferen
  2. huurprijs betalen
  3. de zaak als goed huisvader gebruiken
  4. het gehuurde goed teruggeven na beëindiging van huur
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

“goed huisvader” =

A

inspanningsverbintenis, zorgvuldig en voorzichtig handelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly