Паспорт В Россию 2 Flashcards

(160 cards)

1
Q

(Licht)blauw

A

Голубой

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Schrift, cahier

A

Тетрадь

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Rossig

A

Рыжий

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Onder voorbehoud

A

Условно

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Aangezien daar

A

Так как

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Ruggengraat

A

Хребет

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Ingewanden

A

Внутренности

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Het gaat over

A

Тдёт речь о

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Bedenken, verzinnen

A

Придумать

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Omgekeerd

A

Наоборот

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Geschiedenis, verhaal

A

История

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Om over oma maar te zwijgen

A

О бабушке и говорить нечего

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Eten

A

Ешь

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Nat

A

Мокрый

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Muts

A

Шапка

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Stick

A

Клюшка

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Opruimen

A

Убрать

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Grootvader

A

Дедушка

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Schoonvader van vrouw

A

Свёкор

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Schoonmoeder van vrouw

A

Свекровь

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Schoonvader van man

A

Тесть

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Schoonmoeder van man

A

Тёща

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Schoondochter, schoonzuster

A

Невестка

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Schoonzoon, schoonbroer

A

Зять

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Dochter
Дочь
26
Kleindochter
Внучка
27
Kleinkinderen
Внуки
28
Neef (oomzegger)
Племянник
29
Nicht (oomzegger)
Племянница
30
Neef
Двоюродный брат
31
Nicht
Двоюродная сестра
32
Bevolking
Население
33
Wegens
Из-за + 2de nv
34
Geboren worden
Рождаться
35
Welvaart, voorspoed
Благополучие
36
Juist
Именно
37
Het stichten
Создание
38
Het bewaren
Сохранение
39
Volwaardig
Полноценный
40
Oorzaak
Причина
41
Houding, verhouding
Отношение
42
Echtscheiding
Развод
43
Beginnen te, gaan
Стать
44
Rustig
Спокойный
45
Hoeveelheid
Количество
46
Huwelijk
Брак
47
Aantal, getal
Число
48
Jaarlijks
Ежегодно
49
(Verdrag) Sluiten
Заключить
50
Echtgenoot
Супруг
51
Vreemdgaan
Измена
52
Armoede
Бедность
53
Noemen
Назвать + 5e nv
54
Het samenwonen
Гражданский брак
55
Bij elkaar komen
Сходиться
56
Uit elkaar gaan
Расходиться
57
Elkaar
Друг друга
58
Verplichting
Обязанность
59
Situatie, toestand
Положение
60
Bijdragen
Способствовать
61
Hoe vreemd ook
Как ни странно
62
Modern, eigentijds, hedendaags
Современный
63
Uitstellen
Откладывать
64
Gunstig
Благоприятный
65
Leeftijd
Возраст
66
Regering, bestuur
Правительство
67
Proberen, zijn best doen
Стараться
68
Breken, kapot maken
Ломать
69
Gevaarlijk
Опасный
70
Aankoop, aanschaf
Покупка
71
Waarde
Стоимость
72
Ter grootte
В размере
73
Behoren
Полагаться
74
Bedragen
Составить
75
Besteden, uitgeven, spenderen
Потратить
76
Sluiten, dichtdoen
Закрыть
77
Snor
Усы
78
Hemd, bloed
Рубашка
79
Sprookje
Сказка
80
Grijs van haar
Седой
81
Scheren
Брить
82
Gebedenboek
Молитвенник
83
Rozenkrans
Чётки
84
Zich verbazen
Удивиться
85
Zin krijgen in, wensen
Захотеть
86
Zijn stem verheffen
Прикрикнуть
87
Slechts
Лишь
88
Boos
Сердитый
89
Mevrouw (verouderd)
Сударыня
90
Te
Слишком
91
Horen, te weten komen
Узнать
92
Iemand (3) iets (4) toestaan
Разрешать + 3е + 4е nv
93
Muur
Стена
94
Pijp
Трубка
95
Kloppen
Стучать
96
Boos worden
Рассердиться
97
Tenslotte, per slot van rekening
В конце концов
98
(Weg)sturen
Отправить
99
Gooien, werpen naar
Бросить в + 4е nv
100
(Uit)schelden, boos zijn op
Ругать
101
Dus, ik bedoel
Значит
102
Net zoals, dezelfde / hetzelfde als
Такой же
103
Vonnis
Приговор
104
Vallen
Упасть
105
Aankunnen, kunnen hanteren
Справиться
106
Ziel
Душа
107
Geruis van bladeren
Шелест
108
Alsof
Словно
109
Leeg, verlaten
Опустелый
110
Lopen, gaan (te voet)
Идти, ходить
111
Rijden, gaan (met een vervoermiddel)
Ехать, ездить
112
Hardlopen, rennen
Бежать, бегать
113
Vliegen
Лететь, летать
114
Zwemmen, drijven, varen
Плыть, плавать
115
Dragen, brengen (te voet)
Нести, носить
116
Leiden, voeren, brengen (te voet)
Вести, водить
117
Vervoeren, brengen (per vervoermiddel)
Везти, возить
118
Feliciteren
Поздравить
119
Iemand iets toewensen
Желать кому-то, чего-то
120
Veel geluk
Счастья
121
Veel succes
Успехов
122
Gezondheid
Здоровья
123
Smakelijk eten
Приятного аппетита
124
Welterusten
Спокойной ночи
125
Iemand iets toestaan
Разрешить + 3е nv + 4e nv
126
Kennismaking
Знакомство
127
Iemand wordt … jaar oud
Исполниться + 3e nv
128
Eens, op een keer
Однажды
129
Tevreden
Довольный
130
Glimlachen
Улыбаться
131
Stiefmoeder
Мачеха
132
Spiegel
Зеркало
133
Herfst
Осень
134
Vreemd
Странный
135
Cirkel, rondje
Круг
136
Opgezwollen raken
Распухнуть
137
Of zo?
Неужели
138
Wegjagen, verdrijven
Прогнать
139
Zorgzaam
Заботливый
140
Schadelijk
Вредно
141
Droevig, triest
Грустный
142
Wakker maken, schudden
Разбудить
143
Afscheid nemen
Расстаться
144
Wegbrengen (per vervoermiddel)
Отвезти
145
Haten
Ненавидеть
146
Dan, echt, werkelijk?
Разве
147
Iemand
Кто-то
148
In slaap vallen
Уснуть
149
Weigeren
Отказываться
150
Zuigeling
Грудной
151
Ophouden
Перестать
152
Geloven in
Верить в + 4e nv
153
Onverwacht
Неожиданно
154
Traan
Слеза
155
Gaan zitten, instappen
Сесть
156
Vijver
Пруд
157
Te midden
Посреди
158
Roepen
Позвать
159
Schreeuwen, roepen
Крикнуть
160
Een stap zetten/maken, stappen
Шагнуть