21 T/m 25 Flashcards
(148 cards)
1
Q
Toeschouwer
A
Spectator
2
Q
Afgelasten
A
To cancel to call off
3
Q
Verdienen
A
To deserve
4
Q
Verslaan
A
To beat
5
Q
Verslaan
A
To defeat
6
Q
Nederlaag
A
Defeat
7
Q
Overwinning
A
Win victory
8
Q
Gelijkspel
A
Draw
9
Q
Vervangen
A
To replace
10
Q
Steunen
A
To support
11
Q
Bevorderen
A
To promote
12
Q
Veld
A
Pitch
13
Q
Kunst / kunstmatig
A
Artificial
14
Q
Doen aan
A
To go in for
15
Q
Uitgeput
A
Exhausted/ worn out
16
Q
Ruilen/ uitwisselen
A
To exchange
17
Q
Uitdagen
A
To challenge
18
Q
Uitdaging
A
Challenge
19
Q
Achterelkaar
A
In succession
20
Q
Gebeurtenis
A
Event
21
Q
Nummer
A
Event
22
Q
Achterblijven
A
To lag behind
23
Q
Juichen
A
To cheer
24
Q
Spelregels
A
Rule
25
Scheidsrechter
Referee
26
Scheldwoorden
Abusive language / foul language
27
Uitschelden
To swear at
28
Tussenbeide komen
To intervene
29
Competitie
League
30
Zich houden aan
To keep to / to stick to
31
Zich houden aan
To comply with / to observe
32
Sportief
Fair
33
Invaller / vervanger
Substitute
34
Partij / gelijke
Match
35
Bond
Association
36
Voordeel
Advantage
37
Nadeel
Disadvantage / drawback
38
Inschrijving / deelnemer
Entry
39
Ten gunste van
In favour of
40
Uithoudingsvermogen
Endurance/stamina
41
Diskwalificeren
To disqualify
42
Voorziening/faciliteit
Facility
43
Overeenkomst
Agreement
44
Presteren
To perform
45
Prestatie
Performance
46
Lichaamsbeweging
Exercise
47
Oefenen
To exercise
48
Kracht en
Strength
49
Goed doen
To benefit
50
Toernooi
Tournament
51
Tweede
Runner-up
52
Slagen/erin slagen
To manage[ to]
53
Slagen/erin slagen
To succeed (in)
54
Wijden aan
To devote to
55
Enthousiast
Keen
56
Prestatie
Achievement
57
Bereiken
To achieve
58
Vrije tijd
Leisure time/ spare time/ free time
59
Publiek
Audience
60
Podium/ toneel
Stage
61
Vermaken
To entertain
62
Vermaak/amusement
Entertainment
63
Kermis
Fair/fun fair
64
Verzoeken
To request
65
Verzoek
Request
66
Toelaten
To admit
67
Toegang
Admittance
68
Ingang
Entrance
69
Schat
Treasure
70
Regisseur
Director
71
Beroemdheid
Celebrity
72
Beroemd
Famous
73
Rolbezetting
Cast
74
Spelen/acteren
To act
75
Prijs
Award
76
Toekennen
To award
77
Rol
Part/role
78
Toneelstuk
Play
79
Rij
Row
80
Opvoeren
To perform
81
Voorstelling
Performance
82
Repetitie
Rehearsal
83
Kunst
Art
84
Tentoonstellen
To exhibit
85
Tentoongesteld voorwerp
Exhibit
86
Tentoonstelling
Exhibition
87
Toegangsprijs/ entree
Admission
88
Verschillen
To vary
89
Aankopen
To acquire
90
Aankoop/aanwinst
Acquisition
91
Rijstrook
Lane
92
Vermijden
To avoid
93
Spitsuur
Rush hour
94
Voorkomen /verhinderen
To prevent
95
Het voorkomen van
The prevention of
96
Overschrijden
To exceed
97
Voetganger
Pedestrian
98
Trottoir
Pavement
99
Per ongeluk
Accidentally
100
Bocht
Curve/ bend
101
Verschijnen
To appear
102
Verdwijnen
To disappear
103
Kruispunt
Junction
104
Voorzichtig
Cautious/careful
105
Onvoorzichtig
Careless
106
Fout
Mistake/ error
107
Pas op!
Caution!
108
Te wijnen aan
Due to/ owing to
109
Inhalen
To overtake
110
Teken
Sign
111
Verkeersbord
Sign/roadsign
112
wegwijzer
Signpost
113
Aangeven
To indicate
114
Aanwijzing
Indication
115
Rijbewijs
Driving license
116
De schuld geven
To blame
117
Schuld
Blame
118
Het is mijn schuld
It’s my fault
119
Gebeuren
To occur/ to happen
120
Aantal (slachtoffers)
Toll
121
Tolgeld
Toll
122
Vertrekken
To leave/ to depart
123
Vertrek
Departure
124
Aankomst
Arrival
125
Perron
Platform
126
Wagon/rijtuig
Carriage
127
Vrij/onbezet
Vacant
128
Touringcar
Coach
129
Lading/vracht
Cargo
130
Taxi
Taxi
131
Rij
Queue
132
In de rij staan
To queue
133
Verbinden
To connect/ to link
134
Verbinding
Connection/link
135
Onmisbaar
Indispensable
136
Forens
Commuter
137
Heen en weer reizen
To commute
138
Tarief (van vervoer)
Fare
139
Ver/afgelegen
Distant
140
Kwetsbaar
Vulnerable
141
Bekeuren
To fine
142
Boete
Fine
143
Bon/bekeuring
Ticket
144
Regel
Regulation/rule
145
Controleren
To check
146
Druk
Pressure
147
Metro
Underground/tube
148
Voetgangerstunnel
Subway