2A2: mammacarcinoom Flashcards

(40 cards)

1
Q

functie luminaal epitheel

A

secretoire eigenschappen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

functie myoepitheelcellen

A

contractiele eigenschappen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

premaligne vormen mammacarcinoom

A

Ductaal carcinoom in situ (DCIS)
Lobulair carcinoom in situ (LCIS)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

DCIS

A

kankercellen nog niet buiten melkgangen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

LCIS

A

kankercellen in melkklieren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Ductaal mammacarcinoom

A

E-cadherine functioneel
Cellen liggen in veldjes
Operatief

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Lobulair mammacarcinoom

A

geen functioneel E-cadherine
cellen los van elkaar
chemotherapie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

MST

A

mammasparende therapie
na MST altijd bestralingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

wanneer is MST niet mogelijk?

A

grote tumor, kleine borst
patiënt in verleden bestraald op borst
meerdere kwadranten in borst tumor / CIS aanwezig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Borstamputatie

A

als MST niet mogelijk
Als verhoogd risico (BRCA1/2 mutatie)
Bij T4 tumor eerst neoadjuvante chemo.
na borstamputatie borstreconstructie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

oncoplastische chirurgie

A

vanaf 20% volume-excisie
volume displacement
volume replacement

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

prothese reconstructie

A

plaatsing tissue expander onder m.pectoralis major en na 3 maanden reconstructie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

autoloog weefsel met prothese reconstructie

A

m. latissimus dorsi los gemaakt en via oksel naar voren geklapt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

volledig autoloog weefsel

A

buikweefsel vrijgemaakt en in borst geplaatst.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

waar is het doelvolume van radiotherapie afhankelijk van

A

GTV (gross tumor volume): zichtbare deel tumor
CTV (clinical target volume): nabijgelegen gebieden met risico op verspreiding
PTV (planning target volume): CTV + 5

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

mammasparende radiotherapie

A

tangentiële velden
15 x 2,67 Gy

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

locoregionale radiotherapie

A

Tangentiële velden + aanvulling
15 (+5) x 2,67 Gy
meer kritieke organen

18
Q

wat geven prognostische factoren aan

A

kans op ontwikkelen metastasen

19
Q

prognostische factoren

A

histologische gradering
grootte tumor
aangedane lymfeklieren
ER-status
leeftijd

20
Q

wat geven predictieve factoren aan

A

kans op respons therapie

21
Q

afname overbehandeling door?

A

97% overbehandeling wordt geaccepteerd
verminderen door nieuwe predictieve factoren en optimaliseren prognostische factoren

22
Q

oligometastatische ziekte

A

wel curatie mogelijk
3 metastasen in max 2 verschillende plaatsen en onafhankelijk van locoregionaal recidief

23
Q

prognose leeftijd

A

> 70 gunstig
< 35 ongunstig

24
Q

prognose histologie

A

mucineus gunstig
metaplastisch ongunstig

25
prognose ziektevrije interval
> 5 jaar gunstig < 2 jaar ongunstig
26
triple negatief mammacarcinoom
afwezigheid ER, PR en HER2 ongunstig
27
Tamoxifen
gaat op oestrogeen receptor zitten, waardoor oestrogeen niet kan binden > geen proliferatie tumorcellen
28
aromatase remmer
alleen postmenopauzaal zorgen voor daling oestrogeen
29
LHRH/GnRH-agonist
de agnost blijft langer aan receptor voor LH en FSH productie waardoor het minder vaak kan binden > lagere LH en FSH productie
30
Chek-2 mutatie
verhoogd risico borstkanker geen verhoogd risico overiumkanker vanaf 35-jaar jaarlijks mammografie
31
kankercellijnen
tumorcellen kweken 2D duurt lang
32
kanker organoïden
kankerstamcellen 3D Duurt lang
33
waarom moet tumor eerst in dunne plakjes gesneden worden voor dat het gekweekt kan worden?
Na excisie tumor werkt bloedvoorziening niet meer. Gassen en nutriënten kunnen door diffusie naar cellen en dit kan alleen bij dun tumorplakje
34
Interval-carcinomen
Fout negatieve screeningsuitslagen doordat ze tijdens screening niet ontdekt zijn of door snelgroeiende carcinomen Komen in periode VOOR volgend screeningsonderzoek aan het licht
35
Screenings-carcinomen
worden tijdens volgend screeningsonderzoek ontdekt
36
formule programma-sensitiviteiten
Screeningscarcinomen : screenings + interval carcinomen
37
indicaties wel MRI bij mammacarcinoom
screening bij vrouwen met verhoogd risico mammacarcinoom/DCIS + wens mammasparende behandeling effect bepaling neoadjuvante therapie lobulair carcinoom en wens mammasparende therapie
38
waar kijkt Bloom and Richardson classificatie naar?
mate buisvorming atypie van cellen mitosen
39
micrometastasen
niet zichtbaar op reguliere beeldvorming
40
wat was het effect van overgang naar digitale mammografie
toename verwijscijfer toename sensitiviteit afname positief voorspellende waarde