Euthanasia Flashcards

0
Q

Wat zet je in je SOP over humane endpoints?

A

-beschrijf klinische tekenen
-maak observatieschema’s voor identificatie van eindpunten
-wijs personeel aan voor evaluatie, hou data bij, stel onderzoekers op de hoogte
Volg ‘codes of practice’

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
1
Q

Waarom is bepalen eindpunt moeilijk?

A

Niet te vroeg: je experiment moet over, onderzoek wordt vertraagd, extra dieren nodig
Niet te laat: verlies data als je dier ineens dood gaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wanneer moet je euthanasie toepassen?

A

Wanneer dier meer discomfort heeft dan strikt noodzakelijk voor het exp., en dit niet te verhelpen is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Bij welke tekenen ga je over tot euthanasie?

A

-als het dier niet meer eet en drinkt
-gewichtsverlies >15% in 1 a 2 dagen, of >20% van initiële gewicht bij begin experiment
-bij ademhalingsmoeilijkheden of circulatory problemen (koude en blauwe extremiteiten)
-passief (weinig bewegen) or raar bewegen
-tumoren: euthanasie bij tumor >10% van gewicht of >2cm3 bij muizen, of 40cm3 of diameter 2,4cm bij ratten
Use severity limits/FELASA/European Directive guidelines to set up storing list
NB: probeer wel tumorgroei tegen te gaan en pijn te verminderen, dagelijks checken, denk aan effecten op je experiment

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Welke methoden voor euthanasie zijn er?

A

-pharmacological-chemical methodes:
Overdosis barbituraten ( maar niet als je organen nodig hebt. Of T61 –> intraveneus, eerst aneasthesie, want pijnlijk.
Overdosis CO2 in dichte ruimte, longoedeem
Overdosis potassium in grotere dieren, intraveneus –> cardiac arrest, bloed in organen en metabole acidosis. Eerst anaesthesie, want pijnlijk.
Mechanical-physical methoden:
Onthoofding (decapitation), cervical dislocation in kleine dieren
Kogel in grotere dieren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat mag je niet doen?

A

Onderkoelen (hypothermia)
Snap freezing (alleen in neonates, of onder anaesthesie).
Verwarmen/branden
Verdrinken
Strangulation
Crushing neck
Bloeden
Overdosis narcotische analgetics (te onvoorspelbare reactie)
Overdosis ketamine and sedatieven (veel te veel van nodig)
Air embolism (lucht inspuiten?)
Strychnine (pijnlijk)
Neuromuscular blockers (stopt ademhaling voordat bewustzijn weg is)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Hoe check je of dier echt dood is?

A
  • hart gestopt?
  • rigor mortis? (Stijf)
  • afname lichaamstemperatuur?
  • ademhaling gestopt?
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly