4. Bloedingen Flashcards
(17 cards)
1
Q
welke verschillende soorten bloedingen bestaan er?
A
- Uitwendige bloeding
- inwendige bloeding
- veruitwendige bloeding
- capillaire bloeding
- aderlijke of veneuze bloeding
- slagaderlijke of arteriële bloeding
2
Q
Geef een voorbeeld van een uitwendige bloeding.
A
Amputatie
3
Q
Wat doe je bij een ernstige bloeding?
A
4
Q
Wat doe je bij een amputatie?
A
5
Q
Hoe pak je een geamputeerd lichaamsdeel in?
A
6
Q
Geef een voorbeeld van een inwendige bloeding
A
Blauwe plek
7
Q
Wat doe je bij een blauwe plek?
A
8
Q
Wat doe je bij een verplettering?
A
9
Q
Wat doe je bij een blauwe nagel?
A
10
Q
Geef een voorbeeld van een veruitwendige bloeding.
A
Bloedneus
11
Q
Wat doe je bij een bloedneus?
A
12
Q
Wat doe je bij een bloedend oor?
A
13
Q
Wat doe je bij een bloedende mond?
A
14
Q
Wat doe je bij een afgebroken/uitgevallen tand?
A
15
Q
Wat doe je bij anaal/vaginaal bloedverlies?
A
16
Q
Wat doe je bij bloed in urine?
A
17
Q
Wat doe je bij shock?
A