5.1 industriële markt Flashcards Preview

Nima B > 5.1 industriële markt > Flashcards

Flashcards in 5.1 industriële markt Deck (8)
Loading flashcards...
1
Q

wat is het verschil tussen de industriële en consumentenmarkt?

A

het doel van de aankoop

2
Q

Een organisatie koopt goederen en producten om direct of indirect bij te dragen aan:

A
  • De continuïteit van het bedrijfsproces.
  • Het ondernemingsresultaat en de –doelstellingen.
  • Een vermindering van de strategische kwetsbaarheid.
  • De stimulering van de innovatieve kracht.
  • De presentatie en profilering/positionering.
3
Q

afgeleide vraag

A

de aankopen zijn af te leiden uit de vraag die verder in de bedrijfskolom wordt uitgeoefend

4
Q

Acht karakteristieken van Kotler waarin de industriële markt verschilt van de consumentenmarkt:

A
  1. De industriële markt heeft relatief weinig kopers.
  2. In de industriële markt is sprake van een hechte relatie tussen klant en leverancier.
  3. De industriële markt heeft geografisch geclusterde kopers.
  4. Op de industriële markt is sprake van een afgeleide vraag.
  5. De vraag is op de industriële markt relatief prijsinelastisch.
  6. De vraag is op de industriële markt sterk wisselend.
  7. Op de industriële markt werken professionele inkopers.
  8. Op de industriële markt oefenen verschillende mensen invloed uit op de
    aankoopbeslissingen.
  9. De transacties zijn van relatief grote omvang. (hoort officieel niet bij de punten van
    Kotler).
5
Q

business to business marketing / businessmarketing

A

de marketeer werkt op het terrein van de industriële marketing. omvat de marketingactiviteiten van een organisatie, gericht op andere organisaties. Centraal in het gedrag van organisaties staat de attitude van de afnemer of afnemende organisatie die beïnvloed wordt door verschillende stimuli.

6
Q

ordening behoefte van industriële organisaties

A

􏰀 Industrial equipment – behoeften aan producten te gebruiken, zoals gebouwen, machines etc.
􏰀 Industrial materials – behoeften aan producten voor het produceren van producten, zoals grondstoffen, halffabricaten etc.
􏰀 Industrial supplies – behoefte aan producten ten behoeve van het productieproces, zoals energie, water, koeling etc.
􏰀 Industrial services – behoefte aan diensten ter ondersteuning van productie, zoals onderhoudsdiensten.

7
Q

relevante trends in B2B marketing die volgen uit de toepassing van internet

A
  • content marketing

- marketing automation systemen

8
Q

Webster en Wind ontwikkelden een model van industrieel koopgedrag dat 4 beïnvloedende stimuli kent:

A
  1. De omgeving
  2. De organisatie
  3. Het koopcentrum (DMU)
  4. De intrapersoonlijke stimuli

Decks in Nima B Class (67):