5.4 Flashcards
(3 cards)
1
Q
brutowinst
A
het bedrag dat je overhoudt van de omzet nadat je de inkoopwaarde ervan betaald hebt.
brutowinst = omzet - inkoopwaardee
2
Q
inkoopwaarde
A
het totale bedrag dat je als winkelier betaalt voor de inkoop van producten
3
Q
nettowinst
A
de winst die je uiteindelijk overhoudt nadat je de inkoopwaarde en de bedrijfkosten betaald hebt
nettwinst = brutowinst - bedrijfkosten