Stijlvormen Teksttoets Ovidius

Question 1

Tricolon

Answer 1

Drie onderdelen

Vaak gepaard met climax in de betekenis of in aantal lettergrepen

Question 2

Hyperbaton

Answer 2

Uiteenplaatsing grammaticale eenheid

Het hoge nest

Question 3

Chiasme

Answer 3

ABBA

Leven om te eten maar eten om te leven

Question 4

Asyndeton

Answer 4

Twee of meer tekstelementen zonder verbindingswoord

Dus veel komma’s

Question 5

Polysyndeton

Answer 5

Twee of meer tekstelementen die steeds met nevenschikkend voegwoord verbonden zijn
En en en

Question 6

Alliteratie

Answer 6

Eerste letter
Liesje leerde lotje lopen
Magno cum murmure montis

Question 7

Apostrofe

Answer 7

De verteller richt zich rechtstreeks tot een personage

Hoe was je er aan toe, Dido, toen je dergelijke dingen zag

Question 8

Metonymie (5)

Answer 8

• abstractum pro concreto
• concretum pro abstracto
• naam van god(in) ipv van een begrip uit zijn/haar invloedssfeer
• materiaal ipv het onderwerp
• pars pro toto

Question 9

Abstractum pro concreto

Answer 9

Een abstract ipv concreet begrip

Mijn verlangen -> mijn geliefde

Question 10

Concretum pro abstracto

Answer 10

Een concreet ipv abstract begrip

Bed->huwelijk(sbed)

Question 11

Naam van godin

Answer 11

Ipv begrip

Bacchus-> god van wijn -> wijn

Question 12

Materiaal

Answer 12

Ipv onderwerp

Ijzer -> zwaard

Question 13

Pars pro toto

Answer 13

Deel ipv geheel

Daken -> huizen

Question 14

Enallage

Answer 14

Verbinding van bijvoeglijk nmw met ander zelfstandig nmw dan het bij hoort
De gang met kalken licht

Question 15

Retorische vraag

Answer 15

Een vraag waarbij het niet de bedoeling is dat er een antwoord gegeven wordt

Question 16

Dichterlijk meervoud

Answer 16

Mv ipv ev
Drift(buien)
(Gevoelens van) vreugde