Brainscape's Knowledge GenomeTM

Browse over 1 million classes created by top students, professors, publishers, and experts.


See full index

Veterinaire Volksgezondheid > Hoofdstuk 4 - VVG1 > Flashcards

Hoofdstuk 4 - VVG1 Flashcards

1
Q

Factoren gezondheidsstatus veebedrijf

A
  1. Voeder
  2. Stalklimaat en huisvesting
  3. Bedrijfsvoering
  4. Hygiëne
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Doelstellingen veevoederfabrikanten

A
  1. Nutritionele behoeften mens en dier
  2. Stimuleren gezondheid mens en dier
  3. Beschermen milieu
  4. Nakomen juiste prijssetting
  5. Efficiënt en duurzaam werken
  6. Veranderen samenstelling om eindproduct te beïnvloeden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Europese wetgeving veevoeder

A
  1. Additieven op restrictieve lijst
  2. Ongewenste stoffen (verboden)
  3. Basisbestanddelen
  4. Pathogenen
  5. Geneesmiddelen
  6. GGO’s als grondstof
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wetgeving GGO’s

A
  • Grondstof verplicht op etiket
  • Afgeleide producten verplicht op etiket
  • Niet verplicht op vlees, melk, eieren (als dier GGO gegeten heeft)
  • Tolerantiegrens van 0,9%
  • Europa hanteert voorzorgsbeginsel
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Voordelen GGO’s

A
  • Snellere rijpheid gewassen
  • Verhoogde droogteresistentie
  • Hogere nutritionele waarde
  • Langere bewaartijd
  • Ontstaan nieuwe producten
  • Introductie nieuwe groeitechnieken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Nadelen GGO’s

A
  • Onduidelijkheid voedselveiligheid
  • Ecologisch
  • Intellectual property
  • Labeling aspect
  • Ethisch
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

GMP-codes

A

Good Manufacturing Practices

> Europese wetgeving bepaalt de bereidingswijze van samengestelde voeders

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Stalklimaat en huisvesting

A
  • Klimaatregeling
  • Compartimentering
  • Kruiscontaminatie (slachthuis)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Externe bioveiligheid

A
  • Aankoop en verkoop van dieren (quarantaine)
  • Ontsmetten transportwagens
  • Afvoer kadavers/mest
  • Toegang personeel en bezoekers
  • Ongediertebestrijding
  • Ligging van het bedrijf (schone/vuile weg)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Interne bioveiligheid

A
  • Huisvesting

- Gezondheidsmanagement

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Risico’s bedreiging bioveiligheid

A
  1. Levende dieren
  2. Personen, kledij, handen
  3. Materiaal
  4. Lucht
  5. Voeder
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Productiesysteem

A
  • Scheiding leeftijdsgroepen
  • All-in/All-out
  • Zo weinig mogelijk mengen
  • Optimale dierbezetting
  • Omgang, verzorging dieren
  • Klinische inspectie
  • Ziekenboeg aanwezig, geïsoleerd
  • Hygiëne
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Hygiëne

A
  • Reinigen, desinfecteren, leegstand stallen
  • Ongediertebestrijding
  • Huisdieren weghouden uit stallen
  • Orde en netheid
  • Kadavers isoleren
  • Voederen hygiënisch
  • Algemene bevuiling van een dier
  • Hygiëne transport en wachtruimtes
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Antropozoönosen

A

Ziekte die overgaat van mens op dier

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Zoöantroponosen

A

Ziekte die overgaat van dier op mens

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Overdracht zoönosen

A
  • Direct contact
  • Bijtwonden
  • Vectoren
  • Eten voedingsmiddelen van dierlijke oorsprong
  • Verwerken voedingsmiddelen van dierlijke oorsprong
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Mate van overdracht zoönosen

A
  1. Het agens (virulentie)
  2. Het dier (immuniteit)
  3. Omgeving van mens én dier
  4. De mens (YOPI)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Ubiquitair agens

A

= Het agens is overal aanwezig

19
Q

Vermijden van ziek worden van dieren

A
  1. Primaire preventie
  2. Secundaire preventie
  3. Tertiaire preventie
20
Q

Primaire preventie

A

Contact dier en agens 100% vermijden

  • Quarantaine
  • Vaccinatie (bufferzone)
  • Eradicatie
21
Q

Secundaire preventie

A

Vermijden dat geïnfecteerd dier ziek wordt

  • Vaccinatie
  • Probiotica of organische zuren
22
Q

Tertiaire preventie

A

Behandelen van ziek dier

- Preventief voor andere dieren

23
Q

Klassieke zoönotische agentia

A
  • Miltvuur
  • Runderbrucellose
  • Rundertuberculose
24
Q

Nieuwe zoönotische agentia

A
  • BSE (rund)
  • TSE (schaap, geit)
  • Aviaire influenza
  • MRSA
25
Q

Miltvuur

A

Veroorzaakt door bacterie

Huidvorm, longvorm, systemische vorm

26
Q

Runderbrucellose

A

Veroorzaakt door bacterie
Veroorzaakt verwerpingen
Dierenarts verplicht screenen bij verwerpingen
Verplichte screening bij aankoop als dier uit risicogebied komt

27
Q

Rundertuberculose

A

Veroorzaakt door bacterie

Verplichte turberculinatie bij aankoop

28
Q

Mortaliteit

A

% dieren wat sterft/aantal geïnfecteerde dieren

29
Q

Morbiditeit

A

% dieren wat ziek wordt/aantal geïnfecteerde dieren

30
Q

Pandemie

A

Ziekte die zich plots over heel de wereld verspreidt

31
Q

Controlemaatregelen BSE

A

Verbod voederen dierlijk meel alle LBHD
Epidemiologische bewaking door bedrijfsdierenarts
Controle slachthuis risicodieren
Eventueel opruimen risicodieren

32
Q

Controlemaatregelen TSE

A

Eventueel afvoeren geheel bedrijf

Tegenwoordig schapen fokken die minder gevoelig zijn

33
Q

Campylobacter

A

Aanwezig bij pluimvee, rund, varken
Infectiebronnen: water en ruwvoeders
Verspreiding: gecontamineerd schoeisel en handen

34
Q

Salmonella

A

Ubiquitair
Resistente bacterie; bestand tegen droogte, water, leegstand
Voornamelijk pluimvee en varkens

35
Q

Aankoopprotocol rund

A

Verplichte controle en registratie door dierenarts

  • Gezondheid
  • Paspoort
  • Tuberculinatie
  • Brucellose en leucose > risicogebied
  • Binnen 48 uur na aankomst op bedrijf (QUARANTAINE)
36
Q

Redenen aangifteplichtige ziekten

A

Socio-economische schade
Volksgezondheid
Dierwelzijn
Internationale handel

37
Q

Procedure aangifteplichtige ziekte

A
  1. Verdenking door dierenarts
  2. Melding aan PCE van FAVV
  3. Bevestiging laboratorium > maatregelen FAVV
  4. Melding naar OIE en Europese Commissie
38
Q

Aangifteplichtige ziekten alle zoogdieren

A

Miltvuur
Rabiës
Ziekte van Aujeszky

39
Q

Aangifteplichtige ziekten paardachtigen

A

Infectieuze anemie
Paardenpest
West-Nijlkoorts

40
Q

Aangifteplichtige ziekten herkauwers

A

Mond-en-klauwzeer
Blauwtong
Q-koorts

41
Q

Aangifteplichtige ziekten rund

A

Runderbrucellose

Rundertuberculose

42
Q

Aangifteplichtige ziekten schaap/geit

A

Brucellose

43
Q

Aangifteplichtige ziekten varken

A

Mond-en-klauwzeer
Varkensbrucellose
Varkenspest

44
Q

Aangifteplichtige ziekten pluimvee

A

Aviaire influenza

Ziekte van Newcastle

Veterinaire Volksgezondheid (9 decks)

Brainscape helps you reach your goals faster, through stronger study habits.
© 2024 Bold Learning Solutions. Terms and Conditions