8 Flashcards

1
Q

indicatoren

A

geven een risico aan maar zijn niet direct een oorzaak

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

4 klinische observaties

A
  • dentine cariës
  • approximale glazuurcariës RX
  • zichtbare witte vlek laesie
  • vullingen geplaatst in het laatste jaar
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

risicofactoren

A

directe oorzaak, biologische factor die kan bijdragen tot de graag van het cariës risico

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

CAMBRA afkorting + leg uit

A

caries management by riks assessment

–> gebaseerd op cariës risico zorgplan opstellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

OTC

A

over the counter–> zonder recept

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

cofferdam voordelen(4)

A
  • werkterrein volledig vrij van bloed en speeksel
  • beschermt patiënt tegen inslikken, aspireren van partikels en instrumenten
  • voorkomt aandampen van dei spiegel
  • behandelaar ondervindt minder hinder van tong, wang en lippen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

contra-indicaties cofferdam(3)

A
  • onvolledig doorgebroken elementen
  • derde molaar
  • ruimte gebrek
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

indicaties sealants(2)

A
  • onregelmatige gegroefde fissuren

- plaqueverwijdering kan niet effeciënt gebeuren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

doel van sealen(2)

A
  • fissuren bedekken zodat ze makkelijker te reinigen zijn

- preventie van fissuurcariës

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

wat heeft invloed op de retentie van de sealant?(4)

A
  • doorbraakfase tand
  • leeftijd
  • rangnummer van de tand
  • bk/ok –> zwaartekracht
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

2 materialen sealant

A
  • kunsthars/composiet

- glasionomeer (fluor afgifte)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

behandelmethode sealant(8)

A
  1. ) reinigen van de fissuren
  2. ) bijslijpen
  3. ) droogleggen
  4. ) etsen
  5. ) fissuurlak aanbrengen
  6. ) polymeriseren
  7. ) zuurfstofgeremdelaag verwijderen (formaldehide)
  8. ) controle; retentie occlusie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

4 manieren om de fissuren te reinigen

A
  • puimsteen
  • air polishing
  • zandstralen = air abrasion
  • met sonde of schone borstel
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

behandeling cariës (5)

A
  1. ) detectie van cariës in een vroeg stadium
  2. ) diagnose van cariës proces
  3. ) indentificatie van risicofactoren
  4. ) behandelplanning
  5. ) cariës risicostatus verbeteren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

CRA + wat doet het?(4)

A

cariës risico analyse

  • bepaalt de intensiteit van de behandeling
  • helpt in keuze materiaal voor restauraties
  • verbetert prognose van geplande behandeling
  • bepaalt tijdsinterval tussen vervolgafspraken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

cariës risicofactoren(7)

A
  • medium of hoge aantallen S. mutans en lactobacillen
  • zichtbare plaque op de tanden
  • diepe pitten en fissuren
  • druggebruik
  • speekseldebiet is verminderd
  • blootliggende worteloppervlakken
  • orthodontisch apparaat
17
Q

Cariës beschermende factoren(4)

A
  • regio met gefluorideerd water
  • minstens 1 x per dag fluorhoudende tandpasta
  • gebruik tandpasta met fluoride
  • gebruik xylitol kauwgom
18
Q

CAMBRA + wat doet het

A

caries management by risk assessment

  • opstellen van cariës risico zorgplan
  • gedrag, chemisch, preventief, minimaal invasief, therapeutisch
19
Q

beschermende factoren <5 jarigen(5)

A
  • gefluorideerd water
  • 2 x per dag poetsen met fluorhoudende tandpasta
  • goed speekseldebiet
  • moeder/verzorger gebruikt xylitol
  • moeder/verzorger heeft geen actieve cariës
20
Q

aanbevelingen cariës preventie <5 jarigen (2)

A
  • geen papfles met suikerhoudende vloeistoffen of sappen

- beperkte tussendoortjes

21
Q

preventie ouder/verzorger voor hoog risicokind(2)

A
  • gebruik CHX mondspoeling 1 week per maand

- gebruik fluorhoudende mondspoeling dagelijks