Brainscape's Knowledge GenomeTM

Browse over 1 million classes created by top students, professors, publishers, and experts.


See full index

Nederlands > moeilijke woorden2 > Flashcards

moeilijke woorden2 Flashcards

1
Q

 verlichting

A

impliciet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

gesuggereerd

A

incognito

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

vermomd, anoniem

A

indiceren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

aanduiden

A

infaam

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

schandelijk, eerloos

A

insolvabel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

niet tot betalen in staat

A

interageren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

op elkaar inwerken

A

interrumperen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

in de rede vallen

A

interveniëren als bemiddelaar optreden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

intrigerend

A

boeiend

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

incognito

A

onder een schuilnaam

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

inconveniënt

A

ongelegen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

infaam

A

schandelijk, eerloos

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

itereren

A

herhalen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

juxtapositie

A

het naast elkaar plaatsen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

kordaat

A

vastberaden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

liaison

A

geheime liefdesrelatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

lucullisch

A

overdadig, weelderig (bijv. van een maaltijd)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

lumineus

A

schitterend

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

markant

A

opvallend

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

minutieus

A

nauwgezet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

netelig

A

lastig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

noest

A

altijd bezig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

notoir

A

alom bekend

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

obstinaat

A

hardnekkig, koppig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

ongegeneerd

A

erg onfatsoenlijk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
26
Q

oomzegger

A

neef

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
27
Q

ontluisterend

A

beschamend, teleurstellend

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
28
Q

onaneren

A

masturberen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
29
Q

onverwijld

A

onmiddellijk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
30
Q

op de bonnefooi

A

op goed geluk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
31
Q

paperassen

A

allerhande papieren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
32
Q

pathetisch

A

uitdrukking gevend aan heftige emoties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
33
Q

pauper

A

Arm persoon

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
34
Q

penitentiair

A

op bestraffing betrekkend hebben

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
35
Q

perceptie

A

beleving

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
36
Q

pernicieus

A

verderfelijk, kwaadaardig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
37
Q

piëteit

A

eerbied

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
38
Q

pittoresk

A

schilderachtig mooi

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
39
Q

plausibel

A

aannemelijk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
40
Q

pragmatisch

A

nuttig, bruikbaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
41
Q

pregnant

A

met nadruk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
42
Q

pretenderen

A

beweren, doen alsof

43
Q

profylactisch

A

voorbehoedend

44
Q

proleet

A

persoon zonder beschaving

45
Q

proletariër

A

bezitloos arbeider

46
Q

pseudo

A

bedrieglijk, nep

47
Q

rabau

A

losbandig persoon

48
Q

rafraicheren

A

verfrissen

49
Q

rassureren

A

geruststellen

50
Q

rapaille

A

schorem

51
Q

rectificatie

A

herstel van een fout

52
Q

redundant

A

meer dan nodig

53
Q

restitueren

A

terugbetalen

54
Q

revoltant

A

weerzinwekkend, zeer stuitend

55
Q

saillant

A

in het oog springend

56
Q

significant

A

van groot belang

57
Q

sinecure

A

makkelijk baantje

58
Q

sporadisch

A

af en toe

59
Q

subiet

A

plotseling, direct

60
Q

sujet

A

slechte vent

61
Q

supranationaal

A

internationaal

62
Q

suppressie

A

onderdrukking

63
Q

tentatief

A

nog in een proefstadium zijnd

64
Q

vergewissen

A

ervoor zorgen dat je het zeker weet

65
Q

vlegel

A

kwajongen

66
Q

virtuoos

A

uitblinker

67
Q

vivaciteit

A

levendigheid, opgewektheid

68
Q

vomeren

A

kotsen

69
Q

vraagbaak

A

iemand die antwoord kan geven op moeilijke vragen

70
Q

welriekend

A

aangenaam ruikend

71
Q

wispelturig

A

grillig, besluiteloos

72
Q

xantippe

A

feeks, helleveeg

73
Q

zwichten

A

bezwijken

74
Q

proleet

A

persoon zonder beschaving

75
Q

proletariër

A

bezitloos arbeider

76
Q

pseudo

A

bedrieglijk, nep

77
Q

rabau

A

losbandig persoon

78
Q

rafraicheren

A

verfrissen

79
Q

rassureren

A

geruststellen

80
Q

rapaille

A

schorem

81
Q

rectificatie

A

herstel van een fout

82
Q

redundant

A

meer dan nodig

83
Q

restitueren

A

terugbetalen

84
Q

revoltant

A

weerzinwekkend, zeer stuitend

85
Q

saillant

A

in het oog springend

86
Q

significant

A

van groot belang

87
Q

sinecure

A

makkelijk baantje

88
Q

sporadisch

A

af en toe

89
Q

subiet

A

plotseling, direct

90
Q

sujet

A

slechte vent

91
Q

supranationaal

A

internationaal

92
Q

suppressie

A

onderdrukking

93
Q

tentatief

A

nog in een proefstadium zijnd

94
Q

vergewissen

A

ervoor zorgen dat je het zeker weet

95
Q

vlegel

A

kwajongen

96
Q

virtuoos

A

uitblinker

97
Q

vivaciteit

A

levendigheid, opgewektheid

98
Q

vomeren

A

kotsen

99
Q

vraagbaak

A

iemand die antwoord kan geven op moeilijke vragen

100
Q

welriekend

A

aangenaam ruikend

101
Q

wispelturig

A

grillig, besluiteloos

102
Q

xantippe

A

feeks, helleveeg

103
Q

zwichten

A

bezwijken

Nederlands (5 decks)

Brainscape helps you reach your goals faster, through stronger study habits.
© 2024 Bold Learning Solutions. Terms and Conditions