academische taal deel 4 Flashcards
(10 cards)
1
Q
De stof die een allergie veroorzaakt
A
Het allergeen
2
Q
Het behouden/bewaren van een huidige toestand
A
de conservatie
3
Q
Doen verdwijnen, wegnemen, doden
A
elimineren
4
Q
Beschermd tegen een bepaalde ziekte/aandoening
A
immuun
5
Q
Besmetting door binnendringen via een wonde
A
de infectie
6
Q
plezier/seksueel genot beleven aan ondervinden van pijn of vernedering
A
het masochisme
7
Q
denkwijze of manier van denken
A
de mindset
8
Q
buiten de grenzen van culturele normen kleden, gedragen …
A
onconventioneel
9
Q
dier/plant dat op een ander organisme leeft en daaruit voedsel trekt
Iemand die op anderen teert
A
de parasiet
10
Q
de verhouding, evenredigheid
A
de proportie