Anatomische vlakken Flashcards
(18 cards)
Sagittaal
Verdeeld je lichaam in een linker en rechter helft zijde.
Frontaal, coronaal
Verdeeld je lichaam in een voor en achter kant.
Transversaal
Verdeeld je lichaam in een boven- en onderkant.
Lateraal
Verderweg van het midden van het lichaam. Aan de zijkant.
Mediaal
Dichtbij het midden.
Caudaal
Richting het hoofd.
Craniaal
Richting het stuitje.
Intercostaal
Tussen de ribben.
Subcostaal
Onder de ribben.
Obliquus
Een schuin vlak.
Anterior, ventraal
Iets wat aan de voorkant van het lichaam ligt/Richting de buikzijde.
Posterior, dorsaal
Iets wat aan de achterkant van het lichaam ligt/Richting de rugzijde.
Dexter
Rechts.
Sinister
Links.
Proximaal
Dichterbij het midden van het lichaam.
Mediaan
Het midden van het lichaam.
Superior
Bovenop.
Inferior
Onderop.