Autotheorie 3: Gebruik van de weg Flashcards

(11 cards)

1
Q

Wat is een rijbaan?

A

Het weggedeelte met uitzondering van fietspaden/bromfietspaden, fietsstroken hoeren wel bij de rijbaan!

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is een rijstrook?

A

Door doorgetrokken of onderbroken strepen gemarkeerd gedeelte van de rijbaan, breed genoeg voor een personenauto.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is een kantstreep?

A

Streep op de buitenste rand van het wegdek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is een deelstreep?

A

Streep die de rijbaan of weghelft voor één richting verdeelt in rijstroken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is een asstreep?

A

Streep in het midden op de rijbaan. Verdeelt de rijbaan in een linker en rechter weghelft, één voor iedere rijrichting

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is een verdrijvingsvlak?

A

Deel van de weg gemarkeerd met diagonale strepen. Bestuurders mogen hier geen gebruik van maken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is een puntstuk?

A

Driehoekig vlak op het wegdek bij onder andere het begin van invoegstroken en het eind van uitijstroken. Bestuurders mogen hier geen gebruik van maken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat zijn de maximale voertuigsnelheden binnen de bebouwde kom?

A

-Voor motorvoertuigen: 50 km/u. Ook op autowegen binnen de bebouwde kom!

-Voor motorvoertuigen met beperkte snelheid, zoals landbouwtrekkers: 40 km/u*.

-Voor bromfietsen, speedpedelecs en gehandicaptenvoertuigen uitgerust met een motor:
op de rijbaan: 45 km/u;
op het fiets-/bromfietspad: 30 km/u,
dit geldt ook voor gehandicaptenvoertuigen op het fietspad.

-Voor snorfietsen: 25 km/u.
-Voor brommobielen: 45 km/u.
-Voor gehandicaptenvoertuigen op het trottoir of voetpad: 6 km/u.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat zijn de maximum snelheden buiten de bebouwde kom?

A

Motorvoertuigen op autosnelwegen: 130 km/u.
Motorvoertuigen op autowegen: 100 km/u.
Motorvoertuigen op andere wegen: 80 km/u.

Uitzonderingen:
- Vrachtauto’s en normale autobussen: 80 km/u;
- T100-bussen op auto(snel)wegen: 100 km/u;
- Motorvoertuigen (tot 3500 kg) met aanhangwagen (tot 3500 kg) op auto(snel)wegen: 90 km/u;
- Motorvoertuigen met beperkte snelheid, zoals landbouwtrekkers: 40 km/u*.
- Bromfietsers, speedpedelecs en gehandicaptenvoertuigen uitgerust met een motor:
op de rijbaan: 45 km/u;
op het fiets-/bromfietspad: 40 km/u,
dit geldt ook voor gehandicaptenvoertuigen op het fietspad.
-Snorfietsen: 25 km/u.
-Brommobielen: 45 km/u.
-Gehandicaptenvoertuigen op het trottoir of voetpad: 6 km/u.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Waar is parkeren niet toegestaan?

A

Op Plekken waar je niet stil mag staan

Binnen 5m van een kruispunt

voor een in- of uitrit, ook niet eigen

Naast een onderbroken gele streep

Naast een ander geparkeerd voertuig (dubbel geparkeerd)

Buiten met P aangegeven parkeervak

Binnen een erf buiten parkeervakken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly