B2-B3 Flashcards
(77 cards)
Wat zijn zaadplanten?
Zaadplanten zijn planten die zich voortplanten via zaden.
Hoe ontstaan zaden?
Zaden ontstaan uit een bevruchte zaadknop.
Welke delen bestaan uit zaadplanten?
Zaadplanten bestaan uit een wortel, stengel, bladeren en bloemen.
Wat is de functie van de wortel?
De wortel is het ondergrondse deel van een plant en neemt water en mineralen op.
Hoe neemt de wortel water en mineralen op?
De wortel neemt water en mineralen op met behulp van wortelharen.
Wat wordt opgeslagen in de wortels van de plant?
Reservestoffen, zoals zetmeel, worden opgeslagen in de wortels van de plant.
Wat is de functie van de stengel?
De stengel zorgt voor het transport van water en mineralen van de wortel naar de bladeren en terug.
Via welke structuren vindt het transport in de stengel plaats?
Het transport loopt via houtvaten en bastvaten.
Wat is gaswisseling?
Dieren en mensen nemen zuurstof op en geven koolstofdioxide af.
Hoe ademen insecten?
Insecten hebben een klein ademhalingsbuisje aan de zijkant van het lichaam, genaamd trachee.
Hoe ademen vissen?
Vissen hebben kieuwen waarmee ze zuurstof uit het water opnemen.
Hoe ademen amfibieën?
Jonge amfibieën hebben kieuwen, terwijl oudere amfibieën meestal ademhalen via de longen of huid.
Hoe ademen reptielen, vogels en zoogdieren?
Ze halen adem via de longen.
Wat zijn teengangers?
Dieren die op hun tenen lopen, waarbij de hiel geen contact met de grond maakt.
Voorbeeld: kat.
Wat zijn hoefgangers?
Dieren waarvan de toppen van de vingers of tenen de grond raken en die eindigen in een hoef.
Voorbeeld: paard.
Wat zijn zoolgangers?
Dieren die op hun hele voet lopen, waarbij de hele voetzool de grond raakt.
Voorbeeld: ijsbeer en mens.
Hoe zijn watervogels aangepast aan hun leefomstandigheden?
Watervogels hebben zwemvliezen voor goede grip in het water.
Wat zijn steltlopers?
Een verzamelnaam voor verschillende vogels met zwemvliezen en lange poten, zodat ze hun kop boven water kunnen houden.
Hoe zijn klauwen van roofvogels aangepast?
Roofvogels hebben klauwen om gemakkelijk een prooi te vangen.
Hoe is de snavel van insectenetende vogels aangepast?
Ze hebben een puntige snavel om insecten uit kleine plekjes te pakken.
Hoe is de snavel van zaadeterende vogels aangepast?
Ze hebben een kegelvormige snavel om gemakkelijk zaden op te rapen.
Hoe is de snavel van roofvogels aangepast?
Ze hebben een haakvormige snavel om vlees van hun prooi te scheuren.
Hoe zijn zoogdieren aangepast aan hun leefomstandigheden?
Zoogdieren hebben verschillende gebitsvormen afhankelijk van hun dieet: planteneters hebben plooikiezen, vleeseters hebben knipkiezen en alleseters hebben knobbelkiezen.
Wat voor soort kiezen hebben planteneters?
Planteneters hebben plooikiezen, waarmee ze planten fijnmalen.