Begrippen 1 Flashcards
(58 cards)
Werkveld
Het gebied waartoe het werk dat je doet bij hoort
Welzijnszorg
Is een sector die mensen helpt die door problemen niet volledig kunnen meedoen in de samenleving. Dit gebeurd via zorg en ondersteuning van de overheid, vrijwilligers, professionals en organisaties. Ze bieden therapieën, begeleiding, activiteiten, onderdak,…
Geestelijke gezondheidszorg
Geestelijke gezondheidszorg is een vakgebied dat zich richt op de psychische gezondheid van mensen. Het onderzoekt en past kennis toe om mensen te helpen hun mentale gezondheid en levenskwaliteit te verbeteren of te herstellen. Ook probeert het psychische problemen te voorkomen.
Welzijnsvoorziening
Is een organisatie of dienst die hulp biedt aan mensen met bepaalde problemen. Dit kan door de overheid of door particulieren worden opgezet. Na goedkeuring en steun van de overheid werken deze voorzieningen mee aan het welzijnsbeleid voor verschillende groepen mensen.
Preventie
Het voorkomen dat er problemen ontstaan door van tevoren in te grijpen. Het betekend bewust actie ondernemen om risico’s te verminderen en iets doen zodra de eerste tekenen van een probleem zichtbaar worden.
Continuïteit van de zorg
Betekend dat de zorg goed georganiseerd en gecoördineerd is, zodat de zorgvrager vlot en zonder onderbrekingen geholpen wordt. Dit vraagt om een goede samenwerking, communicatie en afstemming tussen zorgverleners en instellingen, zodat alle ingrepen elkaar aanvullen.
Persoonsgerichte zorg
= Zorg op maat
Zorg die is afgestemd op iemand persoonlijke interesses, noden en voorkeuren
Toegankelijke zorg
Zorg die gemakkelijk te bereiken is, dichtbij, betaalbaar en zonder negatief oordeel (stigma). Het betekend dat mensen eenvoudig toegang hebben tot gezondheidsdiensten, met voldoende personeel, tegen een redelijke prijs en zonder lange wachttijden. Dit is belangrijk voor een goed werkend en kwalitatief zorgsysteem.
Generalistisch
Iemand die van alle markten thuis is, maar niet diepgaande kennis heeft van één onderwerp. Deze persoon heeft wel een brede kennis om snel te helpen.
Specialistisch
Iemand die specifieke deskundigheid, kennis en vaardigheden heeft over één specifiek onderwerp. Deze persoon is een expert in dit gebied.
Subsidariteitsprincipe
Zorg aanbieden die het minst ingrijpend, het kortste en het meest gericht is op de persoon zelf, zolang het voldoende is.
Vermaatschappelijking van de zorg
De zorg zoveel mogelijk in de natuurlijke omgeving van de zorgvrager laten plaatsvinden.
Formele zorg
Dit zijn alle diensten en organisaties die mensen helpen die zorg nodig hebben, zoals dokters, psychologen of psychiaters. Deze zorg wordt altijd op een bepaalde manier betaald, bijvoorbeeld via de overheid, een verzekering of de patiënt zelf. Het doel is om het welzijn en de gezondheid van de persoon te verbeteren.
Informele zorg
Hulp die iemand krijgt van mensen uit zijn omgeving, zoals familie, vrienden of buren. Dit gebeurd op een niet - professionele, vrijwillige manier en vaak voor langere tijd. Voorbeelden zijn mantelzorg, zelfzorg, vrijwilligerswerk, pleegzorg en steun van lotgenoten
Ambulante zorg
Hulp zonder verblijf of overnachting, je verplaatst je naar de dienst of de hulpverlener komt langs bij jou thuis.
Semi - residentieel
Zorg in de vorm van dagbehandeling waarna de zorgvrager terug naar huis gaat.
Residentieel
= Intramuraal
Zorg die gedurende een onafgebroken verblijf van meer dan 24u geboden wordt in een zorginstelling. In een residentiële dienst krijg je dus begeleidende zorg met overnachting.
Moraal
= Mos/mores
Betekend zede of gewoonte.
Het is een stelsel van normen en waarden
Morele vragen
Vragen over goed en kwaad, over de manier waarop mensen zouden moeten leven
Morele opvatting
Geven op hun beurt antwoorden op morele vragen
Onze morele opvatting, of breder gezien, ons moraal is gebaseerd op onze waarden, normen en deugden
Waarden
Voorstellingen van het goede. Ze omschrijven wat mensen waardevol vinden en waarnaar zij streven. Ze zijn niet strikt persoonlijk, maar worden gedeeld door een (grote) groep mensen. Het zijn waarden die essentieel zijn voor de kwaliteit van het leven.
Voorbeeld: vriendelijkheid, gezondheid, vrijheid,…
Normen
Zijn op waarden gebaseerde gedragingen. Ze maken je duidelijk hoe je je moet gedragen.
Voorbeeld:
Waarde: vriendelijkheid
Norm: vriendelijk hallo zeggen tegen iedereen
Deugden
Vaste, goede eigenschappen van personen die ertoe leiden dat deze moreel juist handelen. Het zijn ‘verinnerlijkte waarden’ die de handelwijze van mensen bepalen. Veel deugden komen overeen met waarden. Deugden zijn concreet gekoppeld aan een persoon.
Voorbeeld: moed, zorgzaamheid, respect
Hechtingsmoraal
Regelt hoe we omgaan met mensen waarmee we verbonden zijn.
Voorbeeld: een vriend helpen zonder dat we er zelf iets door winnen