Begrippen Flashcards

(28 cards)

1
Q

Ethiek

A

Filosofische bestudering van het moraal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Moraal

A

Geheel van waarden en normen binnen een bepaalde cultuur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Deugdethiek

A

stroming in de ethiek met Aristoteles als grondlegger, uitgangpunt is de realisering van ‘het goede leven’ waarbij de deugden centraal staan (hoofdvraag is: ‘hoe moet ik leven’ ipv handelingsgerichte ethiek ‘wat moet ik doen’?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Utilitarisme

A

ethische theorie met als uitgangspunt dat een handeling moreel goed is als deze leidt tot zoveel mogelijk geluk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

gevolgenethiek

A

beoordeelt handelingen op de gevolgen ervan (ook wel de
consequentialisme genoemd)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Plichtenethiek

A

Gaat ervan uit dat dat een handeling moreel goed is als deze voorkomt uit plicht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Waarde

A

Geeft aan wat mensen belangrijk vinden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Norm

A

Is een gedragsregels die voor bestaat uit een waarde

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Instrumentele waarde

A

Middel om een hogere waarde te bereiken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Intrinsieke waarde

A

Hoogste waarde, iets wat opzichzelf waardevol is en niet om iets anders nagestreefd hoeft te worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Descriptief

A

Beschrijvend, hoe het is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Prescriptief

A

Voorschrijven, normstellend

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Is/ought/fallacy of natuurlijke drogreden

A

Drogredenen van zijn/behoren, ook wel de naturalistische drogreden genoemd: uit hoe het is afleiden hoe het zou moeten zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Hedonisme

A

Stroming met Epicurus als grondlegger, uitgangspunt is dat hetgeen dat plezier oplevert goed is en wat pijnveroorzaakt slecht is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Hedonistische calculus

A

Uitgangspunt van het uitilitarisme van bentham, een handeling is goed als deze voor zoveel mogelijk geluk oplevert voor zoveel mogelijk mensen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Categorisch imperatief

A

Uitgangspunt van plichten ethiek kant.

Eerste formulering: Handel volgens die regel waarvan je redelijkerwijs zou kunnen willen dat het een algemene regel wordt.

Tweede formulering: behandel de mens altijd als een doel opzich en ooit alleen als middel

17
Q

Eudaimonia

A

Het goed geslaagde leven( aristoteles)

18
Q

Teleologisch wereldbeeld

A

Opvatting van aristoteles met als uitgangspunt dat alles in de natuur streeft naar een bepaald doel

19
Q

Kardinale deugden

A

Verstandigheid, moed, matigheid, rechtvaardigheid

20
Q

Etonecentrisme

A

Beoordelen van andere culturen gebaseerd op eigen waardesysteem

21
Q

Cultuurrelativisme

A

Gaat uit van dat onvergelijkbaarheid van culturen, door de mate waarin je beïnvloed bent door je eigen cultuur is het niet mogelijk een andere cultuur objectief te beoordelen

22
Q

Universalisme

A

Algemeengeldigheid , geldig voor iedereen op alle plaatsen, in alle tijden

23
Q

Autonomie

A

Zelfbepaling, zelfbestuur,onafhankelijkheid

24
Q

Milieufilosoof

A

Tak van de filosofie die opkomt in de jaren zeventig van de 20ste eeuw met als belangrijkste thema de verhouding tussen mens en natuur

25
Ecocentrisme
Term uit de milieufilosofie waarbij de natuur centraal staat en als intrinsiek waardevol gezien
26
Antropocentrisme
Visie waarin de mens centraal staat en word opgevat als enige bron van waarde
27
Herenmoraal
Begrip van Nietzsche voor een moraal gebaseerd op kracht en macht ( staat tegenover de slavenmoraal)
28
Slavenmoraal
Begrip van Nietzsche waarmee hij de de christelijke moraal hekelt , die volgens hem gebaseerd is op zwakte en afhankelijkheid