Begrippen H4 Flashcards

(43 cards)

1
Q

Asielzoeker

A

Vluchteling die in het land waar hij zijn toevlucht heeft gezocht, een aanvraag tot verblijf heeft ingediend.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Ontheemd

A

Aanduiding voor een vluchteling die in zijn eigen land blijft.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Genocide

A

Vernietiging van een volk, een ras of een groep mensen of een poging daartoe.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Babyboom

A

Opmerkelijk groot geboortecijfer in bepaald jaar (geboortegolf).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Jeugdbult

A

Een groot aandeel van 15- tot 29- jarigen in de bevolking.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Natuurlijke hulpbronnen

A

Rijkdommen die van nature voorkomen in of op de aarde.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Paradox van de overvloed

A

In een land met veel brandstoffen of mineralen is de kans op een gewapende conflicten veel groter dan in een land zonder dergelijke rijkdommen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Autoritair regime/dictatuur

A

De macht in een land ligt bij één persoon of een kleine groep.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Failed state/mislukte staat

A

Een staat met een overheid die vrijwel geen controle heef: overal is corruptie, misdaad en economische chaos, veel mensen zijn op de vlucht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Gewapend conflict

A

Een aanhoudende strijd waarbij in een jaar in totaal minstens 25 doden vallen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Internationaal conflict

A

Conflict dat zich tussen twee of meer staten afspeelt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Intern conflict/burgeroorlog

A

Conflict tussen bevolkingsgroepen binnen de grenzen van een land.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Terrorisme

A

Geweld om een politiek doel te bereiken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Regionaal conflict

A

Conflict dat begint als een intern conflict of burgeroorlog, maar zich uitbreid tot voorbij de landsgrenzen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Territorium

A

Het woongebied van een volk.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Staat

A

Gebied met eromheen een internationaal erkende grens (land). Binnen een staat gelden wetten er regels.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Soevereiniteit/zelfbeschikking

A

De staat oefent zelf de macht uit en andere staten mogen zich niet met binnenlandse aangelegenheden bemoeien.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Etniciteit

A

De indentiteit van een volk.

19
Q

Regionalisme

A

Een volk houdt, binnen een staat, sterk vast aan de eigen geschiedenis en cultuur.

20
Q

Nationalisme

A

Een volk streeft naar onafhankelijkheid en het stichten van een eigen staat.

21
Q

Separatisme

A

De wens van een volk om zich van een staat af te scheiden.

22
Q

Autonome regio

A

Regio in een land met zelfbeschikking over bijvoorbeeld onderwijs, belastingen of politie.

23
Q

Vredesoperatie

A

Een bijdrage (onder aanvoering van VN of een andere organisatie) aan de internationale rechtsorde (vrede).

24
Q

Veiligheidsraad

A

Onderdeel van de VN dat over vredesmissies besluit. Permanente leden met vetorecht zijn China, de VS, Rusland, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk.

25
ICC/Internationaal Strafhof
Strafhof dat genocide, misdaden tegen de menselijkheid en oorlogsmisdaden berecht.
26
grootschalige transnationale grondverkopen
verkoop van stukken land van meer dan 200 hectare (300 voetbalvelden) aan buitenlandse bedrijven of investeerders
27
transparantie
open communicatie over wie beslissingen over land en investeringen in dat land neemt
28
verpacht
verhuurd
29
inheemse volkeren
volkeren met traditionele bestaanswijze en een sterke verbinding met hun grondgebied
30
Wereldbank
een organisatie van de VN die door het verstrekken van leningen probeert armoede uit te roeien en welvaart te delen
31
kapitaalintensief
wanneer bij een bedrijf veel kapitaal nodig is (omdat het bedrijf grootschalig en gemechaniseerd is)
32
arbeidextensief
wanneer bij een bedrijf maar weinig arbeid nodig is
33
terra incognita
nog niet in kaart gebracht
34
Exclusieve Economische Zone (EEZ)
zee en bodem tot maximaal 200 zeemijl (370 kilometer) uit de kust van een land
35
moratorium
tijdelijk verbod
36
conflictmineraal
kostbaar, zeldzaam mineraal waardoor mensen oorlog willen voeren of waarmee ze oorlogen financieren bv. oorlogsgoud of bloeddiamanten
37
kritisch mineraal
mineraal dat onmisbaar is voor de productie van hightechartikelen (zoals smartphones) en duurzame energievoorzieningen (zoals zonnecellen en windmolens)
38
stroomgebied
het gebied waar al het smelt- en regenwater via een hoofdrivier naar zee stroomt
39
oeverstaat
land waar een rivier doorheen stroomt
40
benedenstrooms
vanaf een punt in een rivier naar de monding toe
41
bovenstrooms
vanaf een punt in een rivier naar de bron toe
42
waterverdrag
verdrag waarbij partijen (landen of boeren) het watergebruik in een stroomgebied met afspraken regelen
43
Vruchtbare Halvemaan
gebied in het Midden-Oosten waar 12 000 jaar geleden de landbouw begon