BELANGRIJKE TERMEN Flashcards
(57 cards)
1
Q
arteria
A
slagader
2
Q
arteriae
A
slagaders
3
Q
vena
A
ader
4
Q
venae
A
aders
5
Q
nervus
A
zenus
6
Q
A
7
Q
nervi
A
zenuwen
8
Q
musculus
A
spierm
9
Q
musculi
A
spieren
10
Q
major
A
grote
11
Q
minor
A
kleine
12
Q
ascendens
A
stijgend
13
Q
descendens
A
afdalend
14
Q
obliquus
A
schuin
15
Q
rectus
A
recht
16
Q
longus
A
lang
17
Q
brevis
A
kort
18
Q
maximus
A
grootste
19
Q
minimus
A
kleinste
20
Q
aorta
A
slagader
21
Q
v. cava inferior
A
onderste holle ader
22
Q
v cava superior
A
bovenste holle ader
23
Q
a. femoralis
A
dijbeenslagader
24
Q
v. femoralis
A
dijbeenader
25
a. pulmonalis
longslagader
26
v. pulmonalis
longader
27
cavum oris
mondholte
28
pharynx
keelholte
29
oesophagus
slokdarm
30
diafragma
middenrif
31
pulmo
long
32
lobus
lob/kwab
33
cor
hart
34
ventriculus
maag
35
duodenum
twaalfvingerige darm
36
jejunum
de nuchtere darm
37
ileum
kronkeldarm
38
appendix vermiformis
wormvormig aanhangsel van de blinde darm
39
coecum
blinde darm
40
colon
dikke darm
41
colon ascendens
opstijgende deel van dikke darm
42
colon transversum
dwars verlopend deel van de dikke darm
43
colon descendens
afdalende deel van de dikke darm
44
rectum
endeldarm
45
ren
nier
46
hepar
lever
47
vesica fellea
galblaas
48
cholecystis
galblaasontsteking
49
pancreas
alvleesklier
50
lien
milt
51
retina
netvlies
52
cornea
hoornvlies
53
collum
hals
54
thorax
borstkas
55
abdomen
buik
56
pelvis
bekken
57
dorsum
rugzijde
